OK, 't is te koud om in de tuin aan het werk te gaan (en er moet nog zóveel gebeuren) dus ik zoek nu elk excuus om het stofzuigen nog even uit te stellen (want als ik niet buiten kan werken móet ik van mezelf iets doen om het huis netjes te maken). Heb daarom net even een stukje zitten lezen van de blog - het stuk over zijn New Year's Resolutions - die ik heb toegevoegd in het rijtje 'blogs die ik leuk vind' en ik kan je Suldog echt van harte aanbevelen. Ik vind 'm erg grappig. Klik op de link aan de rechterkant van het scherm en grinnik gezellig mee.
Succes vanavond, sla je erdoorheen en word morgenochtend vol frisse moed wakker!
woensdag 31 december 2008
dinsdag 30 december 2008
Kkkkkkkkkkoud he?
Koud!
Maar mooi!
Er liepen net een stuk of vier reeën op de golfbaan. De paarden werden er helemaal opgewonden van. Draafden snuivend en twee keer zo groot langs het hek van de wei.
Helaas weer geen fototoestel bij de hand op het moment supreme (sorry, te lui om het juiste leesteken op te zoeken). Ga straks wel even naar buiten om een mooie foto van iets anders te maken. Als het lukt om het knopje in te drukken. Want Koud!
Maar mooi!
(Ben inderdaad naar buiten gegaan om foto's te maken; handschoenen aan - inzoomen, handschoenen uit - op knopje drukken, handschoenen weer aan. Resultaten hieronder en hierboven te 'bewonderen'.)
Maar mooi!
Er liepen net een stuk of vier reeën op de golfbaan. De paarden werden er helemaal opgewonden van. Draafden snuivend en twee keer zo groot langs het hek van de wei.
Helaas weer geen fototoestel bij de hand op het moment supreme (sorry, te lui om het juiste leesteken op te zoeken). Ga straks wel even naar buiten om een mooie foto van iets anders te maken. Als het lukt om het knopje in te drukken. Want Koud!
Maar mooi!
(Ben inderdaad naar buiten gegaan om foto's te maken; handschoenen aan - inzoomen, handschoenen uit - op knopje drukken, handschoenen weer aan. Resultaten hieronder en hierboven te 'bewonderen'.)
maandag 29 december 2008
Leven als kat en hond
Bij ons thuis is het 'leven als kat en hond' helemaal zo slecht nog niet. De honden en katten kunnen het allemaal goed met elkaar vinden.
Hoewel het op onderstaande foto's lijkt alsof Petje wordt geplet door Biggles. Maar ze lagen erg lief te slapen. En Petje heeft het overleefd ;-)
zoek Petje
gevonden
(Petje houdt voor de zekerheid haar pootje maar voor het gaatje, want als Biggles iets laat waaien.....pfffffffffff)
knoopje?
dinsdag 16 december 2008
maandag 15 december 2008
Reiger gevangen
Vandaag heb ik een reiger gevangen.
Om een kort verhaal lang te maken:
Er lag een dun laagje ijs op de vijver. Zaterdag en zondag hadden de poezen al ontdekt dat ijs een wonderlijk fenomeen is. Dan kun je namelijk opeens op de vijver lopen en zwemmen er allemaal goudvissen onder je door. Ontzettend lollig. En ook heel spannend, want zaterdag was het ijslaagje nog heel dun en kraakte het af en toe onheilspellend onder de poezenlichtgewichtjes.
Zondag konden ze echt schaatsen.
Maar vandaag was het nog maar een heel dun laagje.
Toen ik vanmiddag in de tuin bezig was, hoorde ik weer onheilspellend gekraak. Maar dit keer klonk het niet als krakend ijs. Voor de zekerheid keek ik toch maar even bij de vijver of er een kat door het ijs was gezakt. Er zaten wel 4 katten om de vijver. Geen kat in de vijver dus.
Maar wel een reiger. Die zat midden op de vijver en maakte dat krakende geluid. "Hoe doet de hond? WOEF Hoe doet de poes? Miauw Hoe doet de reiger? KRAAK"
Holle kwam er ook aan rennen en wilde in de vijver springen om de reiger te vangen.
"Holle WACHT!", riep ik nog net op tijd. En Holle sprong in de remmen en stopte nog net voordat ze te water raakte.
De reiger bleef zitten.
Dat was raar, want meestal vliegen ze gelijk weg als ze een hond of mens zien.
Vreemd.
De poezen zetten aarzelend pootjes op het vliesdunne ijs, maar die zakten daar gelijk doorheen. Dus ze namen het zekere voor het onzekere, geen zin in een nat pak, en begonnen omtrekkende bewegingen rond de vijver te maken.
De reiger liep naar de kant.
De poezen sprongen erop af.
De reiger pikte naar de poezen.
De poezen trokken zich terug en namen een nieuwe formatie aan.
"Petje", fluisterde Moos, "als jij met Lapje linksom gaat, dan vallen Snoes en ik vanuit de rechterflank aan."
Ik moest de reiger redden.
En de poezen ook, want die snavel leek me erg gevaarlijk.
Op het bospad stond nog een groot schepnet. Met het net in de aanslag sloop ik op de reiger af, die eindelijk opvloog en richting de buitenbak vloog, een bocht maakte en op het bospad landde.
Daar kon ik 'm uiteindelijk vrij makkelijk vangen met het net. Met één hand om z'n snavel kon ik 'm onder m'n andere arm pakken. Daar stond ik dan. Op het bospad met een reiger in m'n armen. Wat nu? Een reiger die zich zo makkelijk laat pakken is niet in orde.
De paarden stonden in de buitenbak, dus ik kon de reiger wel in een stal opsluiten en dan de dierenambulance bellen.
Probeer maar eens met een reiger onder je arm, met je andere hand de snavel vasthoudend, een hond die tegen je aan staat te springen en 4 katten die rond je voeten drentelen een staldeur open te schuiven, maar ook dat lukte uiteindelijk. Ik zette de reiger erin, deed alle luiken dicht en belde de dierenambulance.
Die waren eerst nog met een andere melding bezig, maar anderhalf uur later kwamen twee dames met de ambulance de reiger ophalen om naar de vogelopvang te brengen.
Ik heb, in het kader van de kerstgedachte, ook maar weer een genereuze donatie gedaan.
Je kunt je geld beter aan de dierenambulance geven dan aan nieuwe gordijnen bijvoorbeeld.
Vind ik.
Om een kort verhaal lang te maken:
Er lag een dun laagje ijs op de vijver. Zaterdag en zondag hadden de poezen al ontdekt dat ijs een wonderlijk fenomeen is. Dan kun je namelijk opeens op de vijver lopen en zwemmen er allemaal goudvissen onder je door. Ontzettend lollig. En ook heel spannend, want zaterdag was het ijslaagje nog heel dun en kraakte het af en toe onheilspellend onder de poezenlichtgewichtjes.
Zondag konden ze echt schaatsen.
Maar vandaag was het nog maar een heel dun laagje.
Toen ik vanmiddag in de tuin bezig was, hoorde ik weer onheilspellend gekraak. Maar dit keer klonk het niet als krakend ijs. Voor de zekerheid keek ik toch maar even bij de vijver of er een kat door het ijs was gezakt. Er zaten wel 4 katten om de vijver. Geen kat in de vijver dus.
Maar wel een reiger. Die zat midden op de vijver en maakte dat krakende geluid. "Hoe doet de hond? WOEF Hoe doet de poes? Miauw Hoe doet de reiger? KRAAK"
Holle kwam er ook aan rennen en wilde in de vijver springen om de reiger te vangen.
"Holle WACHT!", riep ik nog net op tijd. En Holle sprong in de remmen en stopte nog net voordat ze te water raakte.
De reiger bleef zitten.
Dat was raar, want meestal vliegen ze gelijk weg als ze een hond of mens zien.
Vreemd.
De poezen zetten aarzelend pootjes op het vliesdunne ijs, maar die zakten daar gelijk doorheen. Dus ze namen het zekere voor het onzekere, geen zin in een nat pak, en begonnen omtrekkende bewegingen rond de vijver te maken.
De reiger liep naar de kant.
De poezen sprongen erop af.
De reiger pikte naar de poezen.
De poezen trokken zich terug en namen een nieuwe formatie aan.
"Petje", fluisterde Moos, "als jij met Lapje linksom gaat, dan vallen Snoes en ik vanuit de rechterflank aan."
Ik moest de reiger redden.
En de poezen ook, want die snavel leek me erg gevaarlijk.
Op het bospad stond nog een groot schepnet. Met het net in de aanslag sloop ik op de reiger af, die eindelijk opvloog en richting de buitenbak vloog, een bocht maakte en op het bospad landde.
Daar kon ik 'm uiteindelijk vrij makkelijk vangen met het net. Met één hand om z'n snavel kon ik 'm onder m'n andere arm pakken. Daar stond ik dan. Op het bospad met een reiger in m'n armen. Wat nu? Een reiger die zich zo makkelijk laat pakken is niet in orde.
De paarden stonden in de buitenbak, dus ik kon de reiger wel in een stal opsluiten en dan de dierenambulance bellen.
Probeer maar eens met een reiger onder je arm, met je andere hand de snavel vasthoudend, een hond die tegen je aan staat te springen en 4 katten die rond je voeten drentelen een staldeur open te schuiven, maar ook dat lukte uiteindelijk. Ik zette de reiger erin, deed alle luiken dicht en belde de dierenambulance.
Die waren eerst nog met een andere melding bezig, maar anderhalf uur later kwamen twee dames met de ambulance de reiger ophalen om naar de vogelopvang te brengen.
Ik heb, in het kader van de kerstgedachte, ook maar weer een genereuze donatie gedaan.
Je kunt je geld beter aan de dierenambulance geven dan aan nieuwe gordijnen bijvoorbeeld.
Vind ik.
zondag 14 december 2008
CreaBea
De kou buiten deed me besluiten eindelijk eens gordijnen voor de openslaande tuindeuren aan te schaffen. Dat lijkt zo 'warm'. (Het is net of ik m'n moeder hoor praten.)
Ik overlegde met vriendlief over de opties. Niet te duur (met het oog op onze jonge katten; die vinden gordijnen vast ook leuk, maar om heel andere redenen), hoeven niet dicht te kunnen want we hebben toch geen inkijk, naturelkleur met ringen aan een gordijnroede, besloten we. We namen wat maten op en vertrokken richting de bouwmarkt. Daar zochten we een rvs-gordijnroede met leuke eindknoppen uit en naturelkleurige gordijnen die precies zó lang waren, stond op de verpakking, dat we alleen maar een klein stukje zoom om hoefden te strijken. En het vliesspul waarmee dat moest zat ook in de verpakking. Overal was aan gedacht.
En omdat we dit jaar geen kerstboom aandurven - ook vanwege die katten; we zien al helemaal voor ons hoe die zo'n boom als supergrappig klimobject zullen beschouwen - een doosje kleine spijkertjes gekocht voor mijn CreaBea kerstidee, waarover straks meer.
De jaren oude kerstverlichting die we vorig jaar met zorg door de klimop over de tuinmuur hadden gedrapeerd had het vorig jaar toch al voor de helft begeven, dus we besloten ook nog te investeren in LED-verlichting. Helemaal 'hot' dit jaar en superenergiezuinig.
Helaas bleek de LED-verlichtingset die we uit hadden gezocht uitverkocht te zijn. Andere sets waren zo gruwelijk duur dat we het plan maar lieten varen. Eerst maar eens kijken of er toch nog misschien een paar lampjes van de oude kerstverlichting bereid zijn licht in de duistere dagen te brengen.
Dan maar naar huis en de gordijnen ophangen. Dachten we.
Eenmaal thuis bleken de gordijnen te kort. Ze waren precies 6 cm korter dan ons op de verpakking was beloofd. En die 6 cm hadden we nodig voor de zoom. Gordijnen tot op de vloer moeten ook tot op de vloer hangen nietwaar?
Vriendlief heeft mopperend de gordijnen en de roede en de knoppen en het ophangmateriaal maar weer teruggebracht naar de bouwmarkt.
Ondertussen heb ik in de witgeverfde houten wand in de kamer willekeurig allemaal kleine spijkertjes geslagen en daar onze oude matwitte en matwitte-met-gouden-kriebeltjes versierde kerstballen aan gehangen.
Erg decoratief.
Erg CreaBea ook.
Heel apart.
Je moet toch wat.
Als ik hier en daar nou nog een paar groepjes witte kaarsen zet ben ik klaar. Hebben wij dit jaar sowieso een witte kerst.
Ik overlegde met vriendlief over de opties. Niet te duur (met het oog op onze jonge katten; die vinden gordijnen vast ook leuk, maar om heel andere redenen), hoeven niet dicht te kunnen want we hebben toch geen inkijk, naturelkleur met ringen aan een gordijnroede, besloten we. We namen wat maten op en vertrokken richting de bouwmarkt. Daar zochten we een rvs-gordijnroede met leuke eindknoppen uit en naturelkleurige gordijnen die precies zó lang waren, stond op de verpakking, dat we alleen maar een klein stukje zoom om hoefden te strijken. En het vliesspul waarmee dat moest zat ook in de verpakking. Overal was aan gedacht.
En omdat we dit jaar geen kerstboom aandurven - ook vanwege die katten; we zien al helemaal voor ons hoe die zo'n boom als supergrappig klimobject zullen beschouwen - een doosje kleine spijkertjes gekocht voor mijn CreaBea kerstidee, waarover straks meer.
De jaren oude kerstverlichting die we vorig jaar met zorg door de klimop over de tuinmuur hadden gedrapeerd had het vorig jaar toch al voor de helft begeven, dus we besloten ook nog te investeren in LED-verlichting. Helemaal 'hot' dit jaar en superenergiezuinig.
Helaas bleek de LED-verlichtingset die we uit hadden gezocht uitverkocht te zijn. Andere sets waren zo gruwelijk duur dat we het plan maar lieten varen. Eerst maar eens kijken of er toch nog misschien een paar lampjes van de oude kerstverlichting bereid zijn licht in de duistere dagen te brengen.
Dan maar naar huis en de gordijnen ophangen. Dachten we.
Eenmaal thuis bleken de gordijnen te kort. Ze waren precies 6 cm korter dan ons op de verpakking was beloofd. En die 6 cm hadden we nodig voor de zoom. Gordijnen tot op de vloer moeten ook tot op de vloer hangen nietwaar?
Vriendlief heeft mopperend de gordijnen en de roede en de knoppen en het ophangmateriaal maar weer teruggebracht naar de bouwmarkt.
Ondertussen heb ik in de witgeverfde houten wand in de kamer willekeurig allemaal kleine spijkertjes geslagen en daar onze oude matwitte en matwitte-met-gouden-kriebeltjes versierde kerstballen aan gehangen.
Erg decoratief.
Erg CreaBea ook.
Heel apart.
Je moet toch wat.
Als ik hier en daar nou nog een paar groepjes witte kaarsen zet ben ik klaar. Hebben wij dit jaar sowieso een witte kerst.
woensdag 3 december 2008
Dure laarzen en erbij horen!
Niemand wil in een hokje worden geduwd, maar iedereen wil (stiekem) toch wel ergens bij horen. Toch? Want helemaal nergens bijhorend is ook maar zo alleen.
Héél vroeger bijvoorbeeld (ergens in de jaren '60) was je fan van de Beatles óf fan van de Rolling Stones en te herkennen aan bijbehorende haardracht en kleding. Rolling Stones-fans droegen geloof ik leren jekkies en reden op een bepaald soort brommertje. Ik weet het niet precies, want dit speelde zich toch echt vóór mijn tijd af.
In mijn tijd was je 'disco' of fan van Normaal. Tenminste......dat was in Emmen zo.
Wij zijn toen ik 15 jaar was van Amsterdam naar Emmen verhuisd. In Amsterdam was echt niemand fan van Normaal. Daar begrepen ze geen hout van Normaal. Daar was je geloof ik 'college' of 'punk'. Of niet. Weetikveel.
Ik was noch disco noch college noch punk. Ik hoorde helemaal nergens bij. Wilde dat ook echt niet. Ik liet (en laat) mij toch niet in een hokje duwen. Ha!
Dus ik hoorde stiekem toch maar bij het groepje mensen dat nergens bij wilde horen. Wij hadden alleen geen collectieve naam. Hoop ik. Ja misschien 'de sufferds' ofzo. Hihi.
Dat 'niet in een hokje geduwd willen worden en toch vooral heel stiekem ergens bij willen horen' is de mens wel eigen denk ik. We zijn nu eenmaal kuddedieren. Het is ook niet leeftijdsgebonden.
De kleintjes zijn K3-fan of vinden dat juist stóm. De oudjes houden van Jan Smit of van André Rieu en willen allemaal dezelfde scootmobiel. Of juist niet?
Zo heb je ook een groep mensen met een labrador, een waxjas (heet natuurlijk een waxcoat), een fourwheeldrive en Dubarry-laarzen. En die lezen de Landleven en gaan naar 'fairs'.
Nu hebben vriendlief en ik ook een labrador (wel drie), allebei een waxjas (maar die hebben we al héél lang niet aan gehad sinds we niet meer met onze labradors naar de jachttraining gaan), een fourwheeldrive (wel twee, heel erg asociaal), een abonnement op de Landleven, máár.......gelukkig geen Dubarry-laarzen.
Want dan ben je toch wel echt ver heen. Ik keek altijd een beetje grinnikend naar die mensen in die hele dure Dubarry-laarzen. Welke gek geeft zo veel geld uit aan (wel hele mooie) laarzen! Haha. Alleen maar om te laten zien dat je een handgemaakte countrykeuken hebt zeker, gniffelden wij dan. Poehpoeh, nounou.
Inmiddels ben ik ver in mijn eigen achting gedaald. Vol schaamte moet ik bekennen dat ik ze nu ook heb. En ze lópen lekker! En ze zítten lekker. En ze stáán leuk. Ik woon inmiddels in mijn Dubarry-laarzen. Ik heb nog nooit zo goed bij onze honden en auto's gepast. We zijn echt allemaal een énig stel zeg. Moet toch mijn waxcoat weer eens uit de kast vissen.
Helaas zijn we nog lang niet aan een nieuwe keuken toe. Ik hoop dat mijn laarzen het volhouden totdat we aan keukenvervanging toe zijn. Dat duurt nog jaren, maar ze waren wel zó prijzig dat ze het hart niet moeten hebben korter dan tien jaar mee te gaan! En dan een handgemaakte countrykeuken met een Aga natuurlijk. Horen we er eindelijk helemaal bij.
Héél vroeger bijvoorbeeld (ergens in de jaren '60) was je fan van de Beatles óf fan van de Rolling Stones en te herkennen aan bijbehorende haardracht en kleding. Rolling Stones-fans droegen geloof ik leren jekkies en reden op een bepaald soort brommertje. Ik weet het niet precies, want dit speelde zich toch echt vóór mijn tijd af.
In mijn tijd was je 'disco' of fan van Normaal. Tenminste......dat was in Emmen zo.
Wij zijn toen ik 15 jaar was van Amsterdam naar Emmen verhuisd. In Amsterdam was echt niemand fan van Normaal. Daar begrepen ze geen hout van Normaal. Daar was je geloof ik 'college' of 'punk'. Of niet. Weetikveel.
Ik was noch disco noch college noch punk. Ik hoorde helemaal nergens bij. Wilde dat ook echt niet. Ik liet (en laat) mij toch niet in een hokje duwen. Ha!
Dus ik hoorde stiekem toch maar bij het groepje mensen dat nergens bij wilde horen. Wij hadden alleen geen collectieve naam. Hoop ik. Ja misschien 'de sufferds' ofzo. Hihi.
Dat 'niet in een hokje geduwd willen worden en toch vooral heel stiekem ergens bij willen horen' is de mens wel eigen denk ik. We zijn nu eenmaal kuddedieren. Het is ook niet leeftijdsgebonden.
De kleintjes zijn K3-fan of vinden dat juist stóm. De oudjes houden van Jan Smit of van André Rieu en willen allemaal dezelfde scootmobiel. Of juist niet?
Zo heb je ook een groep mensen met een labrador, een waxjas (heet natuurlijk een waxcoat), een fourwheeldrive en Dubarry-laarzen. En die lezen de Landleven en gaan naar 'fairs'.
Nu hebben vriendlief en ik ook een labrador (wel drie), allebei een waxjas (maar die hebben we al héél lang niet aan gehad sinds we niet meer met onze labradors naar de jachttraining gaan), een fourwheeldrive (wel twee, heel erg asociaal), een abonnement op de Landleven, máár.......gelukkig geen Dubarry-laarzen.
Want dan ben je toch wel echt ver heen. Ik keek altijd een beetje grinnikend naar die mensen in die hele dure Dubarry-laarzen. Welke gek geeft zo veel geld uit aan (wel hele mooie) laarzen! Haha. Alleen maar om te laten zien dat je een handgemaakte countrykeuken hebt zeker, gniffelden wij dan. Poehpoeh, nounou.
Inmiddels ben ik ver in mijn eigen achting gedaald. Vol schaamte moet ik bekennen dat ik ze nu ook heb. En ze lópen lekker! En ze zítten lekker. En ze stáán leuk. Ik woon inmiddels in mijn Dubarry-laarzen. Ik heb nog nooit zo goed bij onze honden en auto's gepast. We zijn echt allemaal een énig stel zeg. Moet toch mijn waxcoat weer eens uit de kast vissen.
Helaas zijn we nog lang niet aan een nieuwe keuken toe. Ik hoop dat mijn laarzen het volhouden totdat we aan keukenvervanging toe zijn. Dat duurt nog jaren, maar ze waren wel zó prijzig dat ze het hart niet moeten hebben korter dan tien jaar mee te gaan! En dan een handgemaakte countrykeuken met een Aga natuurlijk. Horen we er eindelijk helemaal bij.
maandag 1 december 2008
Draken (of Jack Russells)
Tot gistermiddag had ik toch echt het gevoel dat Naloma door haar drachtigheid een stuk relaxter was geworden.
Eerder trok ze tijdens het rijden nog regelmatig een tussensprintje en stonden we ineens aan de andere kant van de bak. Géén idee waar ze dan zo van was geschrokken; niks te zien volgens mij. Maar volgens Naloma zaten er dan toch echt een paar draken (meestal achter de F). En met draken weet je het nooit natuurlijk. Voor je het weet springen ze achter een paaltje vandaan en dan kun je maar beter een heel eind uit de buurt zijn.
Na haar "bezwangering" in mei van dit jaar ging dat echt stukken beter. Ik wijdde dat aan het veulen in haar buik. Had weleens gehoord dat paarden daar rustiger van worden.
Gistermiddag wilde ik nog een keertje rijden. Het zadel past nog nét (of eigenlijk nét niet meer) over haar steeds breder uitdeiende rug.
Maar tijdens het opzadelen stond ze al te stuiteren, helemaal hyperdepieper. Eerst maar eens longeren dan. Ik ben tenslotte ook niet meer de jongste en bovendien geen held.
Longeren bleek geen dom plan. Alsof ik een jong paard aan de longe had.
Dit keer zaten er geen draken achter de F, maar liep er bij de buren een Jack Russellterriertje te blaffen. En daar loopt anders nooit een hond. En zéker niet te blaffen En al hélemaal geen Jack Russell. En met Jack Russells weet je het blijkbaar ook nooit.
Alsof er potdorie een roedel wolven liep die allemaal achter een lekker hapje Naloma aan zaten.
Hysterische galopjes van de buren af en dan vol in de remmen, een aarzelend drafje naar de buren toe, in een steeds kleiner cirkeltje en dan weer in een hysterisch galopje van de buren af.
Nooit eerder was de foto bovenaan mijn blog zo toepasselijk.
Enfin......niks niet lekker relaxed omdat ze zwanger is. Welnee.
De draken zijn gewoon verhuisd.
Eerder trok ze tijdens het rijden nog regelmatig een tussensprintje en stonden we ineens aan de andere kant van de bak. Géén idee waar ze dan zo van was geschrokken; niks te zien volgens mij. Maar volgens Naloma zaten er dan toch echt een paar draken (meestal achter de F). En met draken weet je het nooit natuurlijk. Voor je het weet springen ze achter een paaltje vandaan en dan kun je maar beter een heel eind uit de buurt zijn.
Na haar "bezwangering" in mei van dit jaar ging dat echt stukken beter. Ik wijdde dat aan het veulen in haar buik. Had weleens gehoord dat paarden daar rustiger van worden.
Gistermiddag wilde ik nog een keertje rijden. Het zadel past nog nét (of eigenlijk nét niet meer) over haar steeds breder uitdeiende rug.
Maar tijdens het opzadelen stond ze al te stuiteren, helemaal hyperdepieper. Eerst maar eens longeren dan. Ik ben tenslotte ook niet meer de jongste en bovendien geen held.
Longeren bleek geen dom plan. Alsof ik een jong paard aan de longe had.
Dit keer zaten er geen draken achter de F, maar liep er bij de buren een Jack Russellterriertje te blaffen. En daar loopt anders nooit een hond. En zéker niet te blaffen En al hélemaal geen Jack Russell. En met Jack Russells weet je het blijkbaar ook nooit.
Alsof er potdorie een roedel wolven liep die allemaal achter een lekker hapje Naloma aan zaten.
Hysterische galopjes van de buren af en dan vol in de remmen, een aarzelend drafje naar de buren toe, in een steeds kleiner cirkeltje en dan weer in een hysterisch galopje van de buren af.
Nooit eerder was de foto bovenaan mijn blog zo toepasselijk.
Enfin......niks niet lekker relaxed omdat ze zwanger is. Welnee.
De draken zijn gewoon verhuisd.
woensdag 19 november 2008
Teute kip?
Toen ik dinsdagochtend de kippen ging voeren liep één van de kippen te wankelen alsof ze eerder die ochtend een halve fles jenever achterover had geslagen. Dat kon niet zo zijn, dat wist ik vrijwel zeker, maar toch ging kip pootje over de bocht door en wiebelde van voor naar achter alsof ze gruwelijk dronken was.
Om toch een beetje stabiel te te zijn ging ze maar op haar kippenkontje zitten eten. Gelukkig, ze at tenminste wel. Wat was er toch met kipje aan de hand?
Ik zag het niet zo zitten om met haar naar de dierenarts te gaan, want de kans was aanwezig dat we dan - als we aan de beurt waren - de doos met de kip open zouden doen en dat de kip dan aan de stress was bezweken ofzo.
Dus 's middags tijdens het spreekuur de dierenarts gebeld en de symptomen omschreven. "Tsja", zei Jacques (de dierenarts). "Heeft ze iets gegeten wat is gaan gisten misschien?"
Maar de kippen hadden geen fruit gegeten, alleen maar legkorrels en graan.
"Dan kan het coccidiose zijn, of de ziekte van ......, of misschien wel........", somde Jacques op. "Kun je een beetje ontlasting opvangen en langsbrengen? Als je er een kwartiertje bij gaat zitten, zul je zien dat ze wel iets laat vallen. Als je dat vanmiddag nog bij de praktijk in de bus dropt en me dan even belt, dan onderzoek ik het zo snel mogelijk."
Dus ik ging met een boterhamzakje richting kippenhok. De kippen en haan keken me verbaasd aan en gingen mompelend in de andere hoek van het hok zitten. Ze zijn nogal argwanend van aard. Wij hebben ze nog nooit iets gedaan, alleen maar eten en water gegeven en hun hok verschoond en toch vertrouwen ze ons voor geen meter.
Ik bleef geduldig wachten tot 'teute kip' een poepje deed, maar die hield angstvallig haar billen tegen elkaar. Zelfs de andere kippen en de haan lieten niks vallen. Zo zat ik daar een minuut of tien, maar nee hoor, niks. Hmmmm. Ik zei bemoedigend: "pfflrrt pfrt", en "pwt!" In de hoop dat die windgeluiden inspirerend zouden werken, maar nee.
Hans kwam kijken waar ik bleef.
"Hoe lang zit ik hier al?", vroeg ik.
"Minuut of twintig toch al wel", zei Hans.
"Nou, ik geef het op. Kip doet toch niks als ik zit te kijken."
En nét toen ik opstond en weg wilde lopen deed kip een poepje. Hiephoi. Ik deed het poepje in het zakje en sprong in de auto om het naar de praktijk te brengen. Daar deponeerde ik het zakje op de afgesproken plaats en belde Jacques.
"Ha, is het gelukt?", vroeg die verheugd. "Zie je wel, een kwartiertje zitten en...."
"Nou, meer twintig minuten en een hoop dreigementen later, bedoel je."
"En die kip maar denken, ik móet zo nodig, maar ik kán niet als er iemand zit te kijken", grinnikte Jacques. "Als ik weet wat het is bel ik je wel."
's Avonds ging de telefoon.
"Hoi, met Jacques. Coccidiose waarschijnlijk. Kom morgen maar een middeltje halen wat je in het water kunt doen. Alle kippen moeten dan wel behandeld worden."
Dus ben ik vanmiddag weer naar de praktijk gereden en heb medicijnen voor 'teute kip' en de rest opgehaald. "Alle kippen moeten daarvan drinken hoor", zei Jacques.
"Ik zal het ze vertellen."
"En dan moet je over een week weer een kwartiertje zitten........", grinnikte hij. "Dan moeten we even kijken hoe de ontlasting er dan uit ziet."
Dus.....ik heb het kippenvolk voorzien van water met doping, gezegd dat ze er allemaal van moeten drinken, en nu maar hopen dat kip snel weer rechtdoor loopt i.p.v. als een dronken lor over d'r eigen pootjes struikelend door het hok wankelt.
Zo zielig.
En dan ga ik over een week maar weer een kwartiertje (of langer) in het kippenhok zitten.
Neem ik wel een stoeltje mee.
Om toch een beetje stabiel te te zijn ging ze maar op haar kippenkontje zitten eten. Gelukkig, ze at tenminste wel. Wat was er toch met kipje aan de hand?
Ik zag het niet zo zitten om met haar naar de dierenarts te gaan, want de kans was aanwezig dat we dan - als we aan de beurt waren - de doos met de kip open zouden doen en dat de kip dan aan de stress was bezweken ofzo.
Dus 's middags tijdens het spreekuur de dierenarts gebeld en de symptomen omschreven. "Tsja", zei Jacques (de dierenarts). "Heeft ze iets gegeten wat is gaan gisten misschien?"
Maar de kippen hadden geen fruit gegeten, alleen maar legkorrels en graan.
"Dan kan het coccidiose zijn, of de ziekte van ......, of misschien wel........", somde Jacques op. "Kun je een beetje ontlasting opvangen en langsbrengen? Als je er een kwartiertje bij gaat zitten, zul je zien dat ze wel iets laat vallen. Als je dat vanmiddag nog bij de praktijk in de bus dropt en me dan even belt, dan onderzoek ik het zo snel mogelijk."
Dus ik ging met een boterhamzakje richting kippenhok. De kippen en haan keken me verbaasd aan en gingen mompelend in de andere hoek van het hok zitten. Ze zijn nogal argwanend van aard. Wij hebben ze nog nooit iets gedaan, alleen maar eten en water gegeven en hun hok verschoond en toch vertrouwen ze ons voor geen meter.
Ik bleef geduldig wachten tot 'teute kip' een poepje deed, maar die hield angstvallig haar billen tegen elkaar. Zelfs de andere kippen en de haan lieten niks vallen. Zo zat ik daar een minuut of tien, maar nee hoor, niks. Hmmmm. Ik zei bemoedigend: "pfflrrt pfrt", en "pwt!" In de hoop dat die windgeluiden inspirerend zouden werken, maar nee.
Hans kwam kijken waar ik bleef.
"Hoe lang zit ik hier al?", vroeg ik.
"Minuut of twintig toch al wel", zei Hans.
"Nou, ik geef het op. Kip doet toch niks als ik zit te kijken."
En nét toen ik opstond en weg wilde lopen deed kip een poepje. Hiephoi. Ik deed het poepje in het zakje en sprong in de auto om het naar de praktijk te brengen. Daar deponeerde ik het zakje op de afgesproken plaats en belde Jacques.
"Ha, is het gelukt?", vroeg die verheugd. "Zie je wel, een kwartiertje zitten en...."
"Nou, meer twintig minuten en een hoop dreigementen later, bedoel je."
"En die kip maar denken, ik móet zo nodig, maar ik kán niet als er iemand zit te kijken", grinnikte Jacques. "Als ik weet wat het is bel ik je wel."
's Avonds ging de telefoon.
"Hoi, met Jacques. Coccidiose waarschijnlijk. Kom morgen maar een middeltje halen wat je in het water kunt doen. Alle kippen moeten dan wel behandeld worden."
Dus ben ik vanmiddag weer naar de praktijk gereden en heb medicijnen voor 'teute kip' en de rest opgehaald. "Alle kippen moeten daarvan drinken hoor", zei Jacques.
"Ik zal het ze vertellen."
"En dan moet je over een week weer een kwartiertje zitten........", grinnikte hij. "Dan moeten we even kijken hoe de ontlasting er dan uit ziet."
Dus.....ik heb het kippenvolk voorzien van water met doping, gezegd dat ze er allemaal van moeten drinken, en nu maar hopen dat kip snel weer rechtdoor loopt i.p.v. als een dronken lor over d'r eigen pootjes struikelend door het hok wankelt.
Zo zielig.
En dan ga ik over een week maar weer een kwartiertje (of langer) in het kippenhok zitten.
Neem ik wel een stoeltje mee.
donderdag 6 november 2008
Een stressdag!
Wat een dag!
Ik was al vanaf 7 uur 's ochtends in touw, want mijn ouders zouden komen en mijn moeder heeft een kritische blik, dus ik wilde dat het huis een tikkeltje toonbaar zou zijn.
Om 9 uur zet ik altijd de paarden buiten, geef ze water, geef de varkens water en dan ga ik uitmesten. Zo ook nu. Ik zette de paarden in de bak en toen hoorde ik een enorm lawaai bij het kippenhok van de buren. Daar was echt grote paniek uitgebroken, dus ik worstelde me door de struiken om te kijken wat er aan de hand was.
Er zat een grote sperwer in hun kippenren. De buren hebben een deel van een schuurtje als kippen- c.q. konijnenhok en hebben daaraan een langwerpige ren gebouwd die langs onze erfgrens loopt. De kippen kunnen door allerlei gaten onderin het gaas richting onze tuin, vandaar dat ze eigenlijk altijd bij ons rondscharrelen.
Nu waren ze dus aangevallen door een sperwer, door zo'n gat de ren ingevlucht en de sperwer was erachteraan gegaan. De kippen waren nergens te bekennen, behalve ééntje die door de sperwer was gepakt en geplukt en dood in haar blootje in de ren lag. En de sperwer vloog in paniek steeds tegen het gaas aan.
Moos, onze kleine zwarte kater, was met me meegelopen door de struiken en stond naast me naar die grote rondvliegende en krijsende vogel te kijken. Machtig interessant natuurlijk, dus hij glipte ook door het gat de ren in. Toen zaten daar dus mijn lieve kleine Moos, een kale dooie kip en een sperwer-in-paniek in de kippenren.
Shit!
Ik zag het al helemaal voor me. Moos die de sperwer probeerde te vangen en de sperwer die Moos aanviel........Dat moest allemaal maar niet gebeuren. Die sperwer moest úit die kippenren. Maar hoe?
Ik probeerde het kippengaas van het dak van de ren los te peuteren, zodat ik dat om kon vouwen en dat de sperwer eruit kon vliegen. Maar dat lukte niet goed.
Dus ik kroop terug door de bosjes en rende naar de tuin van de buren (da's best een eind rennen) om te kijken of daar ergens een deurtje in de ren zat dat ik open kon zetten.
Onderweg moest ik een poort en drie hekjes door die allemaal open en weer dicht moesten. Nu zie ik eindelijk het nut van hordenlopen in. Vond het altijd een vreemde sport, maar ik had het graag goed gekund nu want ik werd gek van al die hekjes onderweg.
Ben trouwens nog wel over twee buxushaagjes gesprongen!
In de kippenren zat inderdaad een deur, maar de ren is een ingenieuze constructie die in de loop der tijden steeds een stuk is uitgebreid en die deur kwam niet uit op het gedeelte waar de sperwer rondvloog en Moos inmiddels de dooie kip had ontdekt en daarmee aan het rondslepen was.
Ik probeerde aan de buurkant een stuk van het dak los te peuteren. Dat lukte al beter, ik kon een groot stuk terugvouwen, maar hoe kon ik de sperwer duidelijk maken dat hij daardoor kon ontsnappen.
Want als ik dáár stond waar het gat was, zat de sperwer helemaal aan het andere eind van de ren en andersom. Maar de sperwer zag het gat niet, dus fladderde nog steeds in paniek rond, rakelings over Moos heen.
Dit ging niet werken.
Ik had hulp nodig.
Miranda! Een buurvrouw twee huizen verder. Die was thuis vandaag wist ik toevallig. Dus ik rende weer door alle hekjes en over heggetjes de tuin uit, richting het huis van Miranda. Die was in de kamer aan het stofzuigen en keek op toen ik bij hun de oprit op rende en zwaaide blij.
Ik wees driftig naar haar voordeur. Toen ik bij de deur was zwaaide die open. "Hee hoi", zei Miranda vrolijk. "Wat gezellig. Ik had jullie al gemist (ze was jarig geweest, maar wij waren door ziekte en drukte niet langs geweest). Ik krijg straks allemaal vriendinnen op visite, dus ik dacht maar even de modderpoten van de hond wegzuigen. Heb je al gehoord dat de kat van de buren dood is? Aangereden! Bepbepbepblablabla......"
Hijgend hing ik tegen de deurpost (want snotverkouden en ziek geweest, dus niet in topconditie). "Nee Miranda, je móet me even helpen, er zit een sperwer in Bert z'n kippenren!"
En bovendien stond die op het punt míjn kat te vermoorden.
"O? Wacht, ik pak m'n jas!"
En 'gezellig' beppend liep ze met me mee richting Bert z'n tuin.
De sperwer zat inmiddels een tikkeltje uitgeput in een hoekje van de ren en Moos had z'n aandacht van de dooie kip naar de grote roofvogel verlegd. Vol belangstelling en akelig dichtbij zat hij te overwegen hoe hij het best de aanval in kon zetten.
"Hee", zie Miranda. "Daar zit ook een kat van jullie toch? Goh, wat is die al groot geworden. Gaat het goed met ze? JEETJE, wát is dát?", toen ze ineens de sperwer zag.
"Ja, dát is dus die sperwer."
"O? Goh, wat een joekel. OOOoooww, en wát is dát?", toen ze de dooie blote kip ontdekte. "Gatverdarrie!"
"Ja, dát is dus een dooie kip. Dat heeft die sperwer gedaan."
"O ja? O bah!"
"Jaha, maar nu moet die sperwer uit die ren. Ik heb dáár een gat in het dak gemaakt, maar we moeten proberen hem daarnaartoe te jagen."
"O ja. OK. Wacht, volgens mij zit er nog een deurtje aan het andere eind van de ren. Misschien kunnen we dat open zetten." Briljante Miranda. Ik had dat deurtje nog niet gezien.
Maar het deurtje zat met allerlei ijzerdraadjes dichtgebonden en dat kregen we in de gauwigheid niet open.
Ondertussen bepte Miranda gezellig door over de hamster van Bert die ze in de vakantie had moeten verzorgen en dat ze het deurtje open had laten staan, hamster ontsnapt en uiteindelijk geëlektrocuteerd omdat 'ie een snoertje had doorgebeten.
Goed verhaal hoor, maar ik had er even geen zin in met al dat spannende gedoe in die kippenren.
"En straks staan m'n vriendinnen voor de deur en ik was nog niet klaar en....."
"Dacht je dat ík hier tijd voor heb? Mijn ouders komen straks, ik moet met m'n vader vanmiddag naar Visio in Haren, ik moet nog uitmesten......!"
Toen we weer richting de sperwer liepen bedacht die opeens dat 'ie via dezelfde weg waarlangs hij de ren ín was gekomen er ook weer úit kon, dus die hipte richting het gat en vloog naar buiten.
Gelukkig.
Miranda ging weer naar huis, verder met stofzuigen. En ik ging de gaten die ik in het dak had gemaakt maar weer dicht prutsen.
Toen ik eindelijk ook naar huis kon en nog een keer omkeek naar de sperwervrije ren, zag ik dat Moos weer met de dooie kip aan het slepen was.
Dus rende ik weer naar de ren en huppelde armzwaaiend als een gek op en neer, ondertussend ksssjt-geluiden makend, waarop Moos mij aankeek en dacht: die is duidelijk volkomen doorgedraaid, laat ik maar maken dat ik wegkom, straks is ze nog gevaarlijk, en ook door het gat terug naar onze tuin glipte.
Ik rende weer door alle hekjes en over heggetjes ook naar onze tuin, want daar stond bij het haardhout nog een wijnkistje. Als ik dáár die kip nou in kon leggen - dan hadden we cocq-au-vin. Nee, zonder gekheid, dan kon ik de kip buiten katbereik zetten misschien.
Dus ik met het kistje weer over de heggetjes, door de hekjes, richting kippenren. Peuterpeuterpeuter aan het deurtje dat ik uiteindelijk openkreeg, kip opgepakt en in het kistje gelegd, uhm, wáár moest ik dat kistje nou weer neerzetten. In het schuurtje, niet bij de rest van de bibberende kippen natuurlijk, maar in de andere schuurhelft. Ik trok de deur open, het was alsof er een tornado in het schuurtje had gewoed. Grote zooi.
Nee, daar kon ik de dooie kip ook niet neerzetten. Tegen het schuurtje stond een groot, leeg konijnenhok. Ik zette het kistje op het dak van het konijnenhok.
Tsja...dat ging natuurlijk ook niet werken. Want er zat geen deksel op het kistje, dus de kip lag daar niet echt buiten katbereik.
Ik trok maar weer een sprintje richting onze tuin, grabbelde wat plankjes bij elkaar, rende naar binnen en schreef met viltstift "pas op! dooie kip, nogal gruwelijk" op een plankje, rende weer naar de buren, legde de plankjes op het kistje, liep naar Miranda, die allemaal kaarsjes aan het aansteken was - het zag er erg gezellig uit en ik moest goddorie nog uitmesten enzo - en vertelde wat ik met de kip had gedaan.
Miranda zou het aan Bert vertellen, want die zou 's middags toch bij hun komen.
Hehe. Toen kon ik naar huis, de paarden water geven, de varkens water geven, de stallen uitmesten, de kattenbakken verschonen, de was doen en toen ging de bel en stonden mijn ouders voor de deur. Mooi op tijd voor de koffie. Pfffffffffff.
Wat een stress!
Ik was al vanaf 7 uur 's ochtends in touw, want mijn ouders zouden komen en mijn moeder heeft een kritische blik, dus ik wilde dat het huis een tikkeltje toonbaar zou zijn.
Om 9 uur zet ik altijd de paarden buiten, geef ze water, geef de varkens water en dan ga ik uitmesten. Zo ook nu. Ik zette de paarden in de bak en toen hoorde ik een enorm lawaai bij het kippenhok van de buren. Daar was echt grote paniek uitgebroken, dus ik worstelde me door de struiken om te kijken wat er aan de hand was.
Er zat een grote sperwer in hun kippenren. De buren hebben een deel van een schuurtje als kippen- c.q. konijnenhok en hebben daaraan een langwerpige ren gebouwd die langs onze erfgrens loopt. De kippen kunnen door allerlei gaten onderin het gaas richting onze tuin, vandaar dat ze eigenlijk altijd bij ons rondscharrelen.
Nu waren ze dus aangevallen door een sperwer, door zo'n gat de ren ingevlucht en de sperwer was erachteraan gegaan. De kippen waren nergens te bekennen, behalve ééntje die door de sperwer was gepakt en geplukt en dood in haar blootje in de ren lag. En de sperwer vloog in paniek steeds tegen het gaas aan.
Moos, onze kleine zwarte kater, was met me meegelopen door de struiken en stond naast me naar die grote rondvliegende en krijsende vogel te kijken. Machtig interessant natuurlijk, dus hij glipte ook door het gat de ren in. Toen zaten daar dus mijn lieve kleine Moos, een kale dooie kip en een sperwer-in-paniek in de kippenren.
Shit!
Ik zag het al helemaal voor me. Moos die de sperwer probeerde te vangen en de sperwer die Moos aanviel........Dat moest allemaal maar niet gebeuren. Die sperwer moest úit die kippenren. Maar hoe?
Ik probeerde het kippengaas van het dak van de ren los te peuteren, zodat ik dat om kon vouwen en dat de sperwer eruit kon vliegen. Maar dat lukte niet goed.
Dus ik kroop terug door de bosjes en rende naar de tuin van de buren (da's best een eind rennen) om te kijken of daar ergens een deurtje in de ren zat dat ik open kon zetten.
Onderweg moest ik een poort en drie hekjes door die allemaal open en weer dicht moesten. Nu zie ik eindelijk het nut van hordenlopen in. Vond het altijd een vreemde sport, maar ik had het graag goed gekund nu want ik werd gek van al die hekjes onderweg.
Ben trouwens nog wel over twee buxushaagjes gesprongen!
In de kippenren zat inderdaad een deur, maar de ren is een ingenieuze constructie die in de loop der tijden steeds een stuk is uitgebreid en die deur kwam niet uit op het gedeelte waar de sperwer rondvloog en Moos inmiddels de dooie kip had ontdekt en daarmee aan het rondslepen was.
Ik probeerde aan de buurkant een stuk van het dak los te peuteren. Dat lukte al beter, ik kon een groot stuk terugvouwen, maar hoe kon ik de sperwer duidelijk maken dat hij daardoor kon ontsnappen.
Want als ik dáár stond waar het gat was, zat de sperwer helemaal aan het andere eind van de ren en andersom. Maar de sperwer zag het gat niet, dus fladderde nog steeds in paniek rond, rakelings over Moos heen.
Dit ging niet werken.
Ik had hulp nodig.
Miranda! Een buurvrouw twee huizen verder. Die was thuis vandaag wist ik toevallig. Dus ik rende weer door alle hekjes en over heggetjes de tuin uit, richting het huis van Miranda. Die was in de kamer aan het stofzuigen en keek op toen ik bij hun de oprit op rende en zwaaide blij.
Ik wees driftig naar haar voordeur. Toen ik bij de deur was zwaaide die open. "Hee hoi", zei Miranda vrolijk. "Wat gezellig. Ik had jullie al gemist (ze was jarig geweest, maar wij waren door ziekte en drukte niet langs geweest). Ik krijg straks allemaal vriendinnen op visite, dus ik dacht maar even de modderpoten van de hond wegzuigen. Heb je al gehoord dat de kat van de buren dood is? Aangereden! Bepbepbepblablabla......"
Hijgend hing ik tegen de deurpost (want snotverkouden en ziek geweest, dus niet in topconditie). "Nee Miranda, je móet me even helpen, er zit een sperwer in Bert z'n kippenren!"
En bovendien stond die op het punt míjn kat te vermoorden.
"O? Wacht, ik pak m'n jas!"
En 'gezellig' beppend liep ze met me mee richting Bert z'n tuin.
De sperwer zat inmiddels een tikkeltje uitgeput in een hoekje van de ren en Moos had z'n aandacht van de dooie kip naar de grote roofvogel verlegd. Vol belangstelling en akelig dichtbij zat hij te overwegen hoe hij het best de aanval in kon zetten.
"Hee", zie Miranda. "Daar zit ook een kat van jullie toch? Goh, wat is die al groot geworden. Gaat het goed met ze? JEETJE, wát is dát?", toen ze ineens de sperwer zag.
"Ja, dát is dus die sperwer."
"O? Goh, wat een joekel. OOOoooww, en wát is dát?", toen ze de dooie blote kip ontdekte. "Gatverdarrie!"
"Ja, dát is dus een dooie kip. Dat heeft die sperwer gedaan."
"O ja? O bah!"
"Jaha, maar nu moet die sperwer uit die ren. Ik heb dáár een gat in het dak gemaakt, maar we moeten proberen hem daarnaartoe te jagen."
"O ja. OK. Wacht, volgens mij zit er nog een deurtje aan het andere eind van de ren. Misschien kunnen we dat open zetten." Briljante Miranda. Ik had dat deurtje nog niet gezien.
Maar het deurtje zat met allerlei ijzerdraadjes dichtgebonden en dat kregen we in de gauwigheid niet open.
Ondertussen bepte Miranda gezellig door over de hamster van Bert die ze in de vakantie had moeten verzorgen en dat ze het deurtje open had laten staan, hamster ontsnapt en uiteindelijk geëlektrocuteerd omdat 'ie een snoertje had doorgebeten.
Goed verhaal hoor, maar ik had er even geen zin in met al dat spannende gedoe in die kippenren.
"En straks staan m'n vriendinnen voor de deur en ik was nog niet klaar en....."
"Dacht je dat ík hier tijd voor heb? Mijn ouders komen straks, ik moet met m'n vader vanmiddag naar Visio in Haren, ik moet nog uitmesten......!"
Toen we weer richting de sperwer liepen bedacht die opeens dat 'ie via dezelfde weg waarlangs hij de ren ín was gekomen er ook weer úit kon, dus die hipte richting het gat en vloog naar buiten.
Gelukkig.
Miranda ging weer naar huis, verder met stofzuigen. En ik ging de gaten die ik in het dak had gemaakt maar weer dicht prutsen.
Toen ik eindelijk ook naar huis kon en nog een keer omkeek naar de sperwervrije ren, zag ik dat Moos weer met de dooie kip aan het slepen was.
Dus rende ik weer naar de ren en huppelde armzwaaiend als een gek op en neer, ondertussend ksssjt-geluiden makend, waarop Moos mij aankeek en dacht: die is duidelijk volkomen doorgedraaid, laat ik maar maken dat ik wegkom, straks is ze nog gevaarlijk, en ook door het gat terug naar onze tuin glipte.
Ik rende weer door alle hekjes en over heggetjes ook naar onze tuin, want daar stond bij het haardhout nog een wijnkistje. Als ik dáár die kip nou in kon leggen - dan hadden we cocq-au-vin. Nee, zonder gekheid, dan kon ik de kip buiten katbereik zetten misschien.
Dus ik met het kistje weer over de heggetjes, door de hekjes, richting kippenren. Peuterpeuterpeuter aan het deurtje dat ik uiteindelijk openkreeg, kip opgepakt en in het kistje gelegd, uhm, wáár moest ik dat kistje nou weer neerzetten. In het schuurtje, niet bij de rest van de bibberende kippen natuurlijk, maar in de andere schuurhelft. Ik trok de deur open, het was alsof er een tornado in het schuurtje had gewoed. Grote zooi.
Nee, daar kon ik de dooie kip ook niet neerzetten. Tegen het schuurtje stond een groot, leeg konijnenhok. Ik zette het kistje op het dak van het konijnenhok.
Tsja...dat ging natuurlijk ook niet werken. Want er zat geen deksel op het kistje, dus de kip lag daar niet echt buiten katbereik.
Ik trok maar weer een sprintje richting onze tuin, grabbelde wat plankjes bij elkaar, rende naar binnen en schreef met viltstift "pas op! dooie kip, nogal gruwelijk" op een plankje, rende weer naar de buren, legde de plankjes op het kistje, liep naar Miranda, die allemaal kaarsjes aan het aansteken was - het zag er erg gezellig uit en ik moest goddorie nog uitmesten enzo - en vertelde wat ik met de kip had gedaan.
Miranda zou het aan Bert vertellen, want die zou 's middags toch bij hun komen.
Hehe. Toen kon ik naar huis, de paarden water geven, de varkens water geven, de stallen uitmesten, de kattenbakken verschonen, de was doen en toen ging de bel en stonden mijn ouders voor de deur. Mooi op tijd voor de koffie. Pfffffffffff.
Wat een stress!
zaterdag 1 november 2008
Ziek?
Wat is eigenlijk de definitie van ziek?
Ik vind dat ik niet ZIEK ben, maar ik functioneer gewoon even niet normaal.
Trap op - buiten adem - trap af - effe zitten.
En ik moet natuurlijk niet wagen me zonder zakdoekjes door het huis te verplaatsen.
Ben ik nét bij de badkamer, moet ik weer een sprintje trekken richting de kamer want daar ligt de voorraad snotlapjes.
Wil ik met de honden de tuin door of de paarden en de varkens voeren, stop ik eerst al mijn zakken vol met papieren zakdoekjes en dan slof ik van boom naar boom, zodat ik af en toe even een steuntje heb om tegen aan te leunen. En dan vol goeie moed en snot weer verder sloffen.
En natuurlijk ben ik mijn stem kwijt, maar dat is niks nieuws. Weerstand omlaag, stem verdwenen. Bah.
Normaal snoep ik nooit. Nou ja, af en toe een stukje (of een stuk, dat ligt aan de tijd van de maand zeg maar) chocola, maar dat is het dan wel. Nu stop ik me vol met dropjes en citroenzuurtjes met medicinale bijwerkingen in de hoop dat het in ieder geval de keel verzacht (dat beloven ze wel op de verpakking van de zuurtjes) en dat zo mijn stem misschien geen zes weken weg is. You never know en je moet toch wát.
Resultaat is waarschijnlijk een torenhoge bloeddruk van al die drop, maar dat zien we dan wel weer. Ik heb het idee dat het voor mijn keel wel goed is. Die voelt inmiddels niet meer aan alsof ik Hans z'n voorraad spijkers en schuurpapier heb doorgeslikt.
O ja, en koppijn heb ik ook.
En Hans kijkt me medelijdend aan en zegt: "Goh, het gaat echt niet goed met je he?"
Maar echt ZIEK ben ik niet!
Want ik lig niet in bed.
Dus!
Ik vind dat ik niet ZIEK ben, maar ik functioneer gewoon even niet normaal.
Trap op - buiten adem - trap af - effe zitten.
En ik moet natuurlijk niet wagen me zonder zakdoekjes door het huis te verplaatsen.
Ben ik nét bij de badkamer, moet ik weer een sprintje trekken richting de kamer want daar ligt de voorraad snotlapjes.
Wil ik met de honden de tuin door of de paarden en de varkens voeren, stop ik eerst al mijn zakken vol met papieren zakdoekjes en dan slof ik van boom naar boom, zodat ik af en toe even een steuntje heb om tegen aan te leunen. En dan vol goeie moed en snot weer verder sloffen.
En natuurlijk ben ik mijn stem kwijt, maar dat is niks nieuws. Weerstand omlaag, stem verdwenen. Bah.
Normaal snoep ik nooit. Nou ja, af en toe een stukje (of een stuk, dat ligt aan de tijd van de maand zeg maar) chocola, maar dat is het dan wel. Nu stop ik me vol met dropjes en citroenzuurtjes met medicinale bijwerkingen in de hoop dat het in ieder geval de keel verzacht (dat beloven ze wel op de verpakking van de zuurtjes) en dat zo mijn stem misschien geen zes weken weg is. You never know en je moet toch wát.
Resultaat is waarschijnlijk een torenhoge bloeddruk van al die drop, maar dat zien we dan wel weer. Ik heb het idee dat het voor mijn keel wel goed is. Die voelt inmiddels niet meer aan alsof ik Hans z'n voorraad spijkers en schuurpapier heb doorgeslikt.
O ja, en koppijn heb ik ook.
En Hans kijkt me medelijdend aan en zegt: "Goh, het gaat echt niet goed met je he?"
Maar echt ZIEK ben ik niet!
Want ik lig niet in bed.
Dus!
dinsdag 28 oktober 2008
Vorige week woensdagavond hoorde ik, toen ik met de honden in de tuin liep, een heel zacht klein hinnikje dat klonk alsof het van heel dichtbij kwam.
Donderdagochtend keek ik daarom met iets meer belangstelling dan anders naar het weilandje van de buren.
Ja hoor, die waren vást naar de Zuidlaardermarkt geweest.
Een kleine shetlandpony, voskleurig, stond een beetje beteuterd tussen de geiten en de ganzen van de buren.
Achgossie. Het had nog een veulenstaartje. Wat een humpie.
's Avonds zaten we met een heel stel op de tribune bij het grote concours in Zuidlaren. Ik zei tegen een vriendin dat onze buren waarschijnlijk op de Zuidlaardermarkt een shetlander hadden gescoord.
"Vrienden van ons zijn er ook geweest en die vertelden al dat er op de parkeerplaats mensen met een Shetlander bij hun auto hadden gestaan, zo van.....hóe krijgen we die in de auto", grinnikte zij.
"Dat waren natuurlijk onze buren", lachte ik mee.
Vrijdag sprak ik de buurman. "Gefeliciteerd met de nieuwe aanwinst", zei ik. "Naar de Zuidlaardermarkt geweest?"
"Wat vind je d'r van?", vroeg de buurman trots. "Het was nog een heel gedoe om het beestje thuis te krijgen. Uiteindelijk hebben we de achterbank van de auto neergeklapt, de pony opgetild en erin gezet, en toen naar huis gereden. Ja, je kan zo'n jong beestje toch niet dat hele eind laten lopen."
Haha, het was dus echt onze buurman die de pony gewoon in de auto naar huis had getransporteerd. Ik had het wel willen zien.
En er is vorige week ook nog een moord gepleegd in onze tuin. Het was een groot drama!
We hebben nu nog maar drie in plaats van vier kippen.
Ik vond een dooie kip met een hoop veren eromheen op het gras. Waarschijnlijk door een roofvogel gepakt. Een paar dagen eerder was ik er net op tijd bij en zag ik nog net een roofvogel wegvliegen, al onze kippen (en die van de buren die ook altijd bij ons scharrelen) in paniek achterlatend. Waarschijnlijk was het een sperwer.
Dit keer was ik dus te laat. De overige kippen en onze haan zaten bibberend onder een struikje en zijn er de rest van de dag niet onder vandaan geweest, totdat ze 's avonds weer op stok gingen. De dagen erna durfden ze niet naar buiten en bleven ze angstvallig in het nachthok zitten. Inmiddels is de rust weer een beetje weergekeerd en scharrelen ze weer voorzichtig rond.
We moeten maar een paar kippen van de buren confisqueren. Die weten toch niet hoeveel ze hebben. Komende week maar op kippenjacht dus. Zal wel hilarische taferelen opleveren.
Donderdagochtend keek ik daarom met iets meer belangstelling dan anders naar het weilandje van de buren.
Ja hoor, die waren vást naar de Zuidlaardermarkt geweest.
Een kleine shetlandpony, voskleurig, stond een beetje beteuterd tussen de geiten en de ganzen van de buren.
Achgossie. Het had nog een veulenstaartje. Wat een humpie.
's Avonds zaten we met een heel stel op de tribune bij het grote concours in Zuidlaren. Ik zei tegen een vriendin dat onze buren waarschijnlijk op de Zuidlaardermarkt een shetlander hadden gescoord.
"Vrienden van ons zijn er ook geweest en die vertelden al dat er op de parkeerplaats mensen met een Shetlander bij hun auto hadden gestaan, zo van.....hóe krijgen we die in de auto", grinnikte zij.
"Dat waren natuurlijk onze buren", lachte ik mee.
Vrijdag sprak ik de buurman. "Gefeliciteerd met de nieuwe aanwinst", zei ik. "Naar de Zuidlaardermarkt geweest?"
"Wat vind je d'r van?", vroeg de buurman trots. "Het was nog een heel gedoe om het beestje thuis te krijgen. Uiteindelijk hebben we de achterbank van de auto neergeklapt, de pony opgetild en erin gezet, en toen naar huis gereden. Ja, je kan zo'n jong beestje toch niet dat hele eind laten lopen."
Haha, het was dus echt onze buurman die de pony gewoon in de auto naar huis had getransporteerd. Ik had het wel willen zien.
En er is vorige week ook nog een moord gepleegd in onze tuin. Het was een groot drama!
We hebben nu nog maar drie in plaats van vier kippen.
Ik vond een dooie kip met een hoop veren eromheen op het gras. Waarschijnlijk door een roofvogel gepakt. Een paar dagen eerder was ik er net op tijd bij en zag ik nog net een roofvogel wegvliegen, al onze kippen (en die van de buren die ook altijd bij ons scharrelen) in paniek achterlatend. Waarschijnlijk was het een sperwer.
Dit keer was ik dus te laat. De overige kippen en onze haan zaten bibberend onder een struikje en zijn er de rest van de dag niet onder vandaan geweest, totdat ze 's avonds weer op stok gingen. De dagen erna durfden ze niet naar buiten en bleven ze angstvallig in het nachthok zitten. Inmiddels is de rust weer een beetje weergekeerd en scharrelen ze weer voorzichtig rond.
We moeten maar een paar kippen van de buren confisqueren. Die weten toch niet hoeveel ze hebben. Komende week maar op kippenjacht dus. Zal wel hilarische taferelen opleveren.
maandag 6 oktober 2008
Bedrijfsongeval
(ooit uit de krant geknipt)
Mijne heren,
In antwoord op uw schrijven, waarin u om meer uitleg vraagt aangaande het ongeval dat mij is overkomen, het volgende. Zoals u weet is mijn beroep metselaar. Op de dag van het ongeval was ik aan het werk in een gebouw op de vijfde verdieping. Bij het beëindigen lagen er nog 250 kilo stenen die terug naar beneden moesten.
Ik kon ze langs de trap naar beneden dragen, maar ik besloot de katrol te gebruiken met daaraan een ton.
Ik vulde de ton met stenen.
Daarna ging ik naar beneden waar ik voorzichtig het touw losmaakte.
Op het ongevallenformulier kunt u lezen dat ik 67 kilo weeg. Tot mijn verbazing schoot ik ineens omhoog. Onnodig te zeggen dat ik zeer snel omhoog ging.
In de buurt van de derde verdieping kwam ik de ton tegen; dit verklaart de hoofdwond en het gebroken sleutelbeen.
Ik schoot nog verder door tot de ton tegen de grond sloeg.
Door de slag viel de bodem uit de ton en zonder stenen weegt deze maar 25 kilo. Ik daarentegen 67 kilo, en zo begon ik aan een snelle afdaling. Op de derde verdieping kwam ik de ton weer tegen en dat verklaart de verwondingen aan het onderlichaam.
De ontmoeting met de ton heeft wel mijn val gebroken en toen ik op de hoop stenen terechtkwam brak ik slechts twee wervels.
Maar toen ik op de stenen lag, liet ik van pijn het touw los. De lege ton weegt meer dan het touw en deze kwam dus weer naar beneden en viel op mijn benen, en zo brak ik die ook.
Ik hoop hiermede genoeg informatie te hebben verstrekt over de wijze waarop het ongeval zich heeft voorgedaan.
Mijne heren,
In antwoord op uw schrijven, waarin u om meer uitleg vraagt aangaande het ongeval dat mij is overkomen, het volgende. Zoals u weet is mijn beroep metselaar. Op de dag van het ongeval was ik aan het werk in een gebouw op de vijfde verdieping. Bij het beëindigen lagen er nog 250 kilo stenen die terug naar beneden moesten.
Ik kon ze langs de trap naar beneden dragen, maar ik besloot de katrol te gebruiken met daaraan een ton.
Ik vulde de ton met stenen.
Daarna ging ik naar beneden waar ik voorzichtig het touw losmaakte.
Op het ongevallenformulier kunt u lezen dat ik 67 kilo weeg. Tot mijn verbazing schoot ik ineens omhoog. Onnodig te zeggen dat ik zeer snel omhoog ging.
In de buurt van de derde verdieping kwam ik de ton tegen; dit verklaart de hoofdwond en het gebroken sleutelbeen.
Ik schoot nog verder door tot de ton tegen de grond sloeg.
Door de slag viel de bodem uit de ton en zonder stenen weegt deze maar 25 kilo. Ik daarentegen 67 kilo, en zo begon ik aan een snelle afdaling. Op de derde verdieping kwam ik de ton weer tegen en dat verklaart de verwondingen aan het onderlichaam.
De ontmoeting met de ton heeft wel mijn val gebroken en toen ik op de hoop stenen terechtkwam brak ik slechts twee wervels.
Maar toen ik op de stenen lag, liet ik van pijn het touw los. De lege ton weegt meer dan het touw en deze kwam dus weer naar beneden en viel op mijn benen, en zo brak ik die ook.
Ik hoop hiermede genoeg informatie te hebben verstrekt over de wijze waarop het ongeval zich heeft voorgedaan.
vrijdag 3 oktober 2008
Feestbeest
Wij wonen nogal landelijk en vrijwel alle buren hebben kippen met de daarbij behorende haan of hanen.
Wij hebben Groninger Meeuwen. Dat zijn wit/zwarte kippen met blauwe poten.
Onze buren rechts hebben bruine kippetjes van een mij onbekend ras en een heleboel hanen. Al die buurkippen en -hanen klimmen 's ochtends over het hek en scharrelen vervolgens de hele dag in onze tuin. Soms leggen ze een eitje in een paardenstal, soms zelfs in ons kippenhok.
Een aantal van de buurkippetjes is verliefd op onze haan. Pruttelen de hele dag achter 'm aan en pikken zachtjes in zijn lelletjes. Heel lief.
Een van die kippetjes heeft ook een kind van onze haan, want opeens liep er tot onze verbazing tussen de bruine kuikens van de buren een zwart/wit gestipte met blauwe poten.
De buurman aan de andere kant heeft regelmatig andere kippen. Soms hele leuke kleine krieltjes met grappige kuifjes, dan weer grote bruine en dan opeens weer een heel ander ras.
Nu lopen er grote wit/zwarte kippen. Joekels! Bráve kip.....
Bij de grote bruine kippen die hij hiervoor had liep een haan die gruwelijk vroeg in de ochtend begon te kraaien. Althans, de eerste maanden kon hij nog niet kraaien en bracht 'ie een soort hoestend grommend geluid voort. Maar wel hard! Na een aantal maanden oefenen kon hij eindelijk goed kraaien en kraaide dan om half vijf 's ochtends uit volle borst de buurt wakker.
Maar ja, je woont op het platteland. Het hoort erbij.
Ik heb vandaag voor het eerst de nieuwe wit/zwarte haan horen kraaien.
Die klinkt wéér heel anders.
Als een soort feesttoetertje.
Zo eentje die uitrolt als je er op blaast.
Heel grappig.
Daar wil ik 's ochtends wel van wakker worden.
Wij hebben Groninger Meeuwen. Dat zijn wit/zwarte kippen met blauwe poten.
Onze buren rechts hebben bruine kippetjes van een mij onbekend ras en een heleboel hanen. Al die buurkippen en -hanen klimmen 's ochtends over het hek en scharrelen vervolgens de hele dag in onze tuin. Soms leggen ze een eitje in een paardenstal, soms zelfs in ons kippenhok.
Een aantal van de buurkippetjes is verliefd op onze haan. Pruttelen de hele dag achter 'm aan en pikken zachtjes in zijn lelletjes. Heel lief.
Een van die kippetjes heeft ook een kind van onze haan, want opeens liep er tot onze verbazing tussen de bruine kuikens van de buren een zwart/wit gestipte met blauwe poten.
De buurman aan de andere kant heeft regelmatig andere kippen. Soms hele leuke kleine krieltjes met grappige kuifjes, dan weer grote bruine en dan opeens weer een heel ander ras.
Nu lopen er grote wit/zwarte kippen. Joekels! Bráve kip.....
Bij de grote bruine kippen die hij hiervoor had liep een haan die gruwelijk vroeg in de ochtend begon te kraaien. Althans, de eerste maanden kon hij nog niet kraaien en bracht 'ie een soort hoestend grommend geluid voort. Maar wel hard! Na een aantal maanden oefenen kon hij eindelijk goed kraaien en kraaide dan om half vijf 's ochtends uit volle borst de buurt wakker.
Maar ja, je woont op het platteland. Het hoort erbij.
Ik heb vandaag voor het eerst de nieuwe wit/zwarte haan horen kraaien.
Die klinkt wéér heel anders.
Als een soort feesttoetertje.
Zo eentje die uitrolt als je er op blaast.
Heel grappig.
Daar wil ik 's ochtends wel van wakker worden.
zaterdag 27 september 2008
vrijdag 26 september 2008
Twijfels.
Gisteren zei een vriend van ons dat hij slechte ervaringen had met het badkamerbedrijf in Haulerwijk. Nu weet ik dat je altijd hoort over de slechte dingen en zelden over de goeie, maar nu twijfel ik toch wel weer ernstig. Misschien moeten we (lees: vriend H) het toch maar zelf doen. Die nieuwe badkamer aanleggen. H kan dat. En dan kost het maar wat meer tijd. Minder stress is ook fijn.
donderdag 25 september 2008
Stomme ANWB!
Vanmiddag op badkamerjacht geweest in Haulerwijk of all places.
We kregen een reclamekrantje in de bus met de mededeling dat ze daar een nieuwe badkamershowroom hadden geopend.
Eerlijk gezegd hadden we geen idee waar Haulerwijk ligt. Niet al te ver weg van ons dorp, dat was duidelijk.
Gelukkig hebben wij Gretl in de auto. (Ons navigatiesysteem is tweetalig: Duits of Engels kunnen we kiezen. Eerst hadden we Engels gekozen, maar dan gaat het systeem er ook vanuit dat je links rijdt hetgeen tot grote verwarring bij afritten en rotondes leidt. Duits dan maar en nu heet onze Truus heel toepasselijk Gretl.)
Gretl vertelde ons dat het inderdaad verrassend dichtbij is en leidde ons via een leuke toeristische route die ook nog de snelste weg bleek te zijn naar Haulerwijk.
Wij hadden eigenlijk geen al te grote verwachting van de showroom, maar we hadden tijd en je moet toch wat.
Gelukkig vonden we het echt een hele mooie badkameruitstalling. Helemaal onze stijl, dus het idee de nieuwe badkamer zelf aan te leggen lieten we maar varen. De verkoper maakte een leuk ontwerp dat we mee naar huis hebben genomen en waar we inmiddels alweer driftig aan gesleuteld hebben vanwege allerlei praktische overwegingen. Maar de kans is groot dat onze nieuwe badkamer uit Haulerwijk of all places komt.
Maar daar wilde ik het eigenlijk helemaal niet over hebben.
Ik wilde het over de ANWB hebben die al sinds mensenheugenis (nou ja, misschien niet zó lang) voor de bewegwijzering zorgt.
Blind vertrouwen hebben we in de ANWB. Toch?
Had ik altijd wel. Voordat ik een Truus of Gretl in de auto had was ik geheel afhankelijk van de ANWB-mensen die mij trouw via de borden de juiste en meest efficiënte weg wezen naar waar ik moest zijn. Toch?
En dan had ik natuurlijk altijd nog een wegenkaart. Ook van de ANWB trouwens.
Maar ik geloof ze nu nooit meer blindelings.
Want we stonden op de terugweg uit Haulerwijk op een kruispunt en keken per ongeluk op het grote wegwijsbord van de ANWB. Tot onze verbazing stond daarop dat je rechtsaf moest naar Eelde-Paterswolde, waar wij overigens niet heen wilden, maar waarvan we wel zeker wisten dat het aan onze linkerhand lag. En niet aan onze rechterhand. Het ANWB-bord hield vol. Rechtsaf en dan nog 12 km. Fronsend reden wij rechtdoor, want dat moest van Gretl en wij wisten ook wel dat dát de kortste weg naar huis was en kwamen na een paar honderd meter een ander ANWB-bordje tegen. Daarop stond dat je linksaf moest naar Eelde-Paterswolde en dat het 4 km verderop lag.
Dus......op het kruispunt willen ze je gewoon 8 km om laten rijden en sturen ze je godweetikwaarlangs. Schandalig toch? Hoezo autogebruik terugdringen en gat in de ozonlaag.
Stomme ANWB.
En die kaart kan ook de prullenbak in! Die geloven we ook niet meer!
We kregen een reclamekrantje in de bus met de mededeling dat ze daar een nieuwe badkamershowroom hadden geopend.
Eerlijk gezegd hadden we geen idee waar Haulerwijk ligt. Niet al te ver weg van ons dorp, dat was duidelijk.
Gelukkig hebben wij Gretl in de auto. (Ons navigatiesysteem is tweetalig: Duits of Engels kunnen we kiezen. Eerst hadden we Engels gekozen, maar dan gaat het systeem er ook vanuit dat je links rijdt hetgeen tot grote verwarring bij afritten en rotondes leidt. Duits dan maar en nu heet onze Truus heel toepasselijk Gretl.)
Gretl vertelde ons dat het inderdaad verrassend dichtbij is en leidde ons via een leuke toeristische route die ook nog de snelste weg bleek te zijn naar Haulerwijk.
Wij hadden eigenlijk geen al te grote verwachting van de showroom, maar we hadden tijd en je moet toch wat.
Gelukkig vonden we het echt een hele mooie badkameruitstalling. Helemaal onze stijl, dus het idee de nieuwe badkamer zelf aan te leggen lieten we maar varen. De verkoper maakte een leuk ontwerp dat we mee naar huis hebben genomen en waar we inmiddels alweer driftig aan gesleuteld hebben vanwege allerlei praktische overwegingen. Maar de kans is groot dat onze nieuwe badkamer uit Haulerwijk of all places komt.
Maar daar wilde ik het eigenlijk helemaal niet over hebben.
Ik wilde het over de ANWB hebben die al sinds mensenheugenis (nou ja, misschien niet zó lang) voor de bewegwijzering zorgt.
Blind vertrouwen hebben we in de ANWB. Toch?
Had ik altijd wel. Voordat ik een Truus of Gretl in de auto had was ik geheel afhankelijk van de ANWB-mensen die mij trouw via de borden de juiste en meest efficiënte weg wezen naar waar ik moest zijn. Toch?
En dan had ik natuurlijk altijd nog een wegenkaart. Ook van de ANWB trouwens.
Maar ik geloof ze nu nooit meer blindelings.
Want we stonden op de terugweg uit Haulerwijk op een kruispunt en keken per ongeluk op het grote wegwijsbord van de ANWB. Tot onze verbazing stond daarop dat je rechtsaf moest naar Eelde-Paterswolde, waar wij overigens niet heen wilden, maar waarvan we wel zeker wisten dat het aan onze linkerhand lag. En niet aan onze rechterhand. Het ANWB-bord hield vol. Rechtsaf en dan nog 12 km. Fronsend reden wij rechtdoor, want dat moest van Gretl en wij wisten ook wel dat dát de kortste weg naar huis was en kwamen na een paar honderd meter een ander ANWB-bordje tegen. Daarop stond dat je linksaf moest naar Eelde-Paterswolde en dat het 4 km verderop lag.
Dus......op het kruispunt willen ze je gewoon 8 km om laten rijden en sturen ze je godweetikwaarlangs. Schandalig toch? Hoezo autogebruik terugdringen en gat in de ozonlaag.
Stomme ANWB.
En die kaart kan ook de prullenbak in! Die geloven we ook niet meer!
woensdag 24 september 2008
dinsdag 23 september 2008
Mijn vader....
Mijn vader (85 jaar) haalt altijd eieren bij een boerderij een paar dorpen verderop.
Daar gaat 'ie met de auto naartoe en haalt dan gelijk 20 eieren, want voor minder eieren kan de reis niet uit.
Nog nooit een kip gezien bij die boerderij overigens, dus waar die eieren vandaan komen?
Volgens mijn moeder gaat 'ie er alleen heen, omdat 'ie de boerin zo leuk vindt, hihi.
Nu stond er bij een boerderij om de hoek bij mijn ouders een bordje 'eieren te koop'. "Ga daar maar eieren halen", zei mijn moeder. "Da's dichterbij, hoef je niet met de auto en kun je ook minder eieren meenemen. Je moet ook niet zo veel eieren eten. Helemaal niet goed voor je."
Dus mijn vader ging op pad naar de boerderij om de hoek. Naast de voordeur zat een grote hond. Mijn vader kwam dichterbij. "Ik zweer het je, die hond knipoogde naar me."
Mijn vader kwam voorzichtig nog een beetje dichterbij, maar de hond bleef braaf zitten en gaf geen kik. Mijn vader achtte de kust veilig en liep naar de voordeur. Hij gaf de hond een klopje op zijn kop. "Brave hond!"
Het bleek zo'n grote stenen hond te zijn. Mijn vader ziet niet meer zo best.
Daar gaat 'ie met de auto naartoe en haalt dan gelijk 20 eieren, want voor minder eieren kan de reis niet uit.
Nog nooit een kip gezien bij die boerderij overigens, dus waar die eieren vandaan komen?
Volgens mijn moeder gaat 'ie er alleen heen, omdat 'ie de boerin zo leuk vindt, hihi.
Nu stond er bij een boerderij om de hoek bij mijn ouders een bordje 'eieren te koop'. "Ga daar maar eieren halen", zei mijn moeder. "Da's dichterbij, hoef je niet met de auto en kun je ook minder eieren meenemen. Je moet ook niet zo veel eieren eten. Helemaal niet goed voor je."
Dus mijn vader ging op pad naar de boerderij om de hoek. Naast de voordeur zat een grote hond. Mijn vader kwam dichterbij. "Ik zweer het je, die hond knipoogde naar me."
Mijn vader kwam voorzichtig nog een beetje dichterbij, maar de hond bleef braaf zitten en gaf geen kik. Mijn vader achtte de kust veilig en liep naar de voordeur. Hij gaf de hond een klopje op zijn kop. "Brave hond!"
Het bleek zo'n grote stenen hond te zijn. Mijn vader ziet niet meer zo best.
Eerst zien......
Gistermiddag was ik in de tuin bezig. Holle en Biggles (twee van onze drie honden) scharrelden een beetje om me heen. Phoebe (nummer drie) was op d'r dooie akkertje haar eigen rondje door de tuin aan het lopen.
Opeens hoorde ik kinderstemmen ergens achter in de tuin, waar ik anders nooit kinderstemmen hoor. Holle en Biggles hoorden het ook en speerden voor me uit richting het geluid.
Helemaal achter in de tuin liepen drie jongetjes van een jaar of 8.
Althans, er liep één jongetje in onze tuin. Eentje stond nog aan de andere kant van het hek in de tuin van de buren. En eentje had net één been over het hek om ook onze tuin in te gaan.
Biggles en Holle sprongen hieperdepiepig in het rond. Het jongetje dat half over het hekje stond herkende ik als een buurjongetje van verderop. Hij vindt onze varkens machtig interessant en wil ze altijd graag showen aan vriendjes. Normaal gesproken belt 'ie dan even aan en vraagt of ze naar de varkentjes mogen kijken, maar nu had hij blijkbaar de stoute schoenen aangetrokken en had zijn vriendjes via de tuin van de buren, die niet thuis waren, naar de achterkant van onze tuin geloodst.
"Wát dóen jullie daar!", zei ik een tikkeltje verontwaardigd over zoveel brutaliteit.
Geschrokken bleef het buurjongetje's been steken in de lucht. "Uhm, mogen we even naar de varkentjes?", vroeg hij balancerend boven het hek.
"Jawel", zei ik. "Aangezien je toch al half hier bent en je vriend hier al helemaal is."
Het derde jongetje bleef in de buurtuin staan. "Hij durft niet", zei buurjongetje. "Hij is bang voor de honden." En tegen zijn vriendje: "Kom maar, ze doen echt niks. Kijk maar." Holle en Biggles sprongen al blaffend in het rond.
"Ze doen echt niks", zei ik tegen het jongetje.
Die stak zijn vinger in de lucht en zei: "Ik ben een keer gebeten!"
"In je vinger?", vroeg ik.
Het jongetje knikte.
"Hij zit er nog aan", zei ik.
Het jongetje keek naar zijn vinger en knikte weer. Dat was waar. Toen keek hij naar Holle en Biggles en besloot dat hij het risico niet durfde te nemen. Hij had ze nu nog alle tien.
"Zij doet ze anders wel even naar binnen", zei het buurjongetje en wees naar mij.
"Nou vooruit dan maar", zei ik en lokte de honden met de belofte van een kluifje mee naar huis. Het buurjongetje liep mee. Onderweg kwamen we Phoebe tegen. "Aaah, zij is wel heel rustig", zij het buurjongetje. "Zij kan wel buiten blijven." En hij rende terug naar zijn vriendje om te vertellen dat er nog maar één hond, maar wel een hele lieve, buiten liep.
Toen ik Holle en Biggles hun kluifje had gegeven en samen met Phoebe weer naar achteren liep, kwam het buurjongetje er weer aan rennen. "Hij wil die hond eerst zien!"
Kijk....dat is nou ook mijn motto: éérst zien, dan geloven!
Opeens hoorde ik kinderstemmen ergens achter in de tuin, waar ik anders nooit kinderstemmen hoor. Holle en Biggles hoorden het ook en speerden voor me uit richting het geluid.
Helemaal achter in de tuin liepen drie jongetjes van een jaar of 8.
Althans, er liep één jongetje in onze tuin. Eentje stond nog aan de andere kant van het hek in de tuin van de buren. En eentje had net één been over het hek om ook onze tuin in te gaan.
Biggles en Holle sprongen hieperdepiepig in het rond. Het jongetje dat half over het hekje stond herkende ik als een buurjongetje van verderop. Hij vindt onze varkens machtig interessant en wil ze altijd graag showen aan vriendjes. Normaal gesproken belt 'ie dan even aan en vraagt of ze naar de varkentjes mogen kijken, maar nu had hij blijkbaar de stoute schoenen aangetrokken en had zijn vriendjes via de tuin van de buren, die niet thuis waren, naar de achterkant van onze tuin geloodst.
"Wát dóen jullie daar!", zei ik een tikkeltje verontwaardigd over zoveel brutaliteit.
Geschrokken bleef het buurjongetje's been steken in de lucht. "Uhm, mogen we even naar de varkentjes?", vroeg hij balancerend boven het hek.
"Jawel", zei ik. "Aangezien je toch al half hier bent en je vriend hier al helemaal is."
Het derde jongetje bleef in de buurtuin staan. "Hij durft niet", zei buurjongetje. "Hij is bang voor de honden." En tegen zijn vriendje: "Kom maar, ze doen echt niks. Kijk maar." Holle en Biggles sprongen al blaffend in het rond.
"Ze doen echt niks", zei ik tegen het jongetje.
Die stak zijn vinger in de lucht en zei: "Ik ben een keer gebeten!"
"In je vinger?", vroeg ik.
Het jongetje knikte.
"Hij zit er nog aan", zei ik.
Het jongetje keek naar zijn vinger en knikte weer. Dat was waar. Toen keek hij naar Holle en Biggles en besloot dat hij het risico niet durfde te nemen. Hij had ze nu nog alle tien.
"Zij doet ze anders wel even naar binnen", zei het buurjongetje en wees naar mij.
"Nou vooruit dan maar", zei ik en lokte de honden met de belofte van een kluifje mee naar huis. Het buurjongetje liep mee. Onderweg kwamen we Phoebe tegen. "Aaah, zij is wel heel rustig", zij het buurjongetje. "Zij kan wel buiten blijven." En hij rende terug naar zijn vriendje om te vertellen dat er nog maar één hond, maar wel een hele lieve, buiten liep.
Toen ik Holle en Biggles hun kluifje had gegeven en samen met Phoebe weer naar achteren liep, kwam het buurjongetje er weer aan rennen. "Hij wil die hond eerst zien!"
Kijk....dat is nou ook mijn motto: éérst zien, dan geloven!
maandag 22 september 2008
Dé lamp.
Dé lamp, die we geheel tegen onze principes in op 2de Pinksterdag hebben gekocht, is er! Eindelijk. Hij moest besteld worden en ze zouden ons bellen als 'ie er was.
Nooit meer wat gehoord.
Daar verbaasden wij ons niet over, want zulke dingen gaan bij ons nooit in één keer goed en H had bovendien via internet ontdekt dat dezelfde lamp ook in Groningen verkrijgbaar was. Zelfs nog 50,00 euri goedkoper, dus i.p.v. de winkel in Assen bellen waar onze lamp bleef, de winkel in Groningen gebeld.
Daar bleek het een kleiner exemplaar te zijn. Eentje met maar 36 lampjes en niet met 48 lampjes zoals wij 'm wilden. Uiteindelijk toch maar de winkel in Assen gebeld. Die waren erg blij met het telefoontje, want ze hadden de lamp besteld, hij was al lang binnen, maar ze waren onze gegevens kwijt. Haha.
Enfin, lamp opgehaald en gisteren bij Boels, onze huisleverancier van spannende apparaten en toestellen, een steiger gehaald.
Mij krijg je niet op zo'n ding, hoogtevrees. Maar het deert H niet. Zegt 'ie.
Dus gisteravond, nadat hij zich met twee wijntjes moed had ingedronken, al ontkent hij dat natuurlijk, bouwde H de steiger op in onze bibliotheek. Via een trappetje op de vide kon hij met ware doodsverachting op de steiger klimmen. Ik stond met knikkende knieën en een knoop in mijn maag het trappetje vast te houden. "Ach", zei H nog, "het moeilijkste van de hele operatie is waarschijnlijk het insteken van de 48 lampjes!"
H heeft een, inmiddels antiek, installatiediploma en bij ons komt geen installateur meer binnen wegens slechte ervaringen met grote knulligheid van 'erkende installateurs'. Mijn moeder noemt installateurs altijd installeurs, want ze komen iets installeren en anders zouden ze wel iets komen installateren nietwaar? Installeurs dus volgens mijn moeder die daar, vind ik, eigenlijk wel gelijk in heeft. Zo zegt ze ook altijd dat mensen die een tikkeltje gestressed zijn "helemaal gestretched" zijn en als je erover nadenkt klopt dat ook! Mijn moederstaal is nog niet zo gek!
Én H heeft een HBO opleiding 'veilig werken'. Serieus! We kunnen er dus vanuit gaan dat hij weet wat hij doet. Toch?
In alle doe-het-zelf-programma's zeggen ze altijd dat je bij het werken aan elektrische installaties op z'n minst de stop eruit moet draaien ofzo, maar volgens H is dat niet nodig. Als het licht maar uit is staat er geen stroom meer op.
Ik werd dan ook streng geïnstrueerd: "trapje vasthouden en niet tegen lichtknopjes leunen!"
"Vind je het niet eng op die steiger?", vroeg ik.
"Welnee", zei H. "Maak je geen zorgen. Ik sta klem met mijn hoofd tegen het plafond!"
"Dus dan zit er straks een grote vetvlek naast onze prachtige kroonluchter!", zei ik praktisch, hetgeen niet in goede aarde viel.
Nu kun je vanaf de korte zijde van de vide in de hal bij de voordeur kijken en vanaf de lange zijde in de bibliotheek. Het was al avond, tikkeltje schemerig, dus H deed het licht in de hal aan om toch nog iets te kunnen zien. Dat licht zit op een andere schakelaar, moest dus geen gevaar opleveren.
Lekker praktisch ook om 's avonds een lamp op te gaan hangen, maar dat soort opmerkingen moet je op zulke momenten niet tegen H maken.
Terwijl ik bibberend het tafereel aanschouwde en H aan de snoertjes in het plafond zat te peuteren, zag ik wel steeds het licht in de hal knipperen. "Goh", zei ik dus, "het licht in de hal knippert ook steeds." "Interesseert me niet!", zei H, die ingespannen in een moeilijke houding in het schemerdonker boven op een wankele steiger met elektriciteitsdraadjes stond te prutsen en geen belang had bij lichte conversatie.
Totdat hij een draad korter moest maken en doorknipte. POEF! Alle lichten uit! Stomverbaasd en behoorlijk geschrokken stond H boven op de steiger. "Ik zei toch al dat het licht steeds knipperde!", zei ik verontwaardigd. "En ik heb écht niet aan de lichtknopjes gezeten!"
"Ja, nou moet ik eerst de groepen in de meterkast uitzetten", mopperde H en klom de wankele steiger af.
Dé lamp is een halogeenlamp, dus met een zware transformator die normaal tegen het plafond wordt geschroefd, maar in ons geval aan 4 kettinkjes moest komen te hangen, omdat het plafond in de bibliotheek zo hoog is dat de lamp te hoog zou komen te hangen als 'ie gewoon tegen het plafond werd geschroefd (volg je het nog?). In het plafond moesten dus 4 haken worden geschroefd om de kettingen aan te hangen.
Het is een gipsplafond. Dat kan niet zoveel gewicht houden, dus de haken moesten in het extra houtwerk worden gedraaid dat met vooruitziende blik twee jaar geleden bij de verbouwing in het plafond is verwerkt, zodat wij er eventueel een zware lamp aan konden hangen.
Maar ja...twee jaar geleden wist H nog wel waar dat extra hout zat. Nu niet meer natuurlijk. Op goed geluk de haken in het plafond gedraaid dan maar. De kettingen met de transformator eraan gehangen, zag er goed uit! En terwijl H weer met de draadjes aan het prutsen was viel haakje 1 alweer uit het plafond. Gelukkig maar. Stel je voor dat de lamp er aan had gehangen en het hele zooitje 5 meter lager op de vloer in de bieb was gedonderd.
De haakjes er maar weer uitgehaald. Er moesten dan toch maar speciale haken voor gipsplaten worden aangeschaft.
Dus nu hebben we 4 gaten en een vetvlek in het plafond van de bieb. En de lamp ligt vol verwachting te wachten tot hij eindelijk in volle glorie mag schitteren. Ben benieuwd.
Gelukkig is H goed verzekerd!
Nooit meer wat gehoord.
Daar verbaasden wij ons niet over, want zulke dingen gaan bij ons nooit in één keer goed en H had bovendien via internet ontdekt dat dezelfde lamp ook in Groningen verkrijgbaar was. Zelfs nog 50,00 euri goedkoper, dus i.p.v. de winkel in Assen bellen waar onze lamp bleef, de winkel in Groningen gebeld.
Daar bleek het een kleiner exemplaar te zijn. Eentje met maar 36 lampjes en niet met 48 lampjes zoals wij 'm wilden. Uiteindelijk toch maar de winkel in Assen gebeld. Die waren erg blij met het telefoontje, want ze hadden de lamp besteld, hij was al lang binnen, maar ze waren onze gegevens kwijt. Haha.
Enfin, lamp opgehaald en gisteren bij Boels, onze huisleverancier van spannende apparaten en toestellen, een steiger gehaald.
Mij krijg je niet op zo'n ding, hoogtevrees. Maar het deert H niet. Zegt 'ie.
Dus gisteravond, nadat hij zich met twee wijntjes moed had ingedronken, al ontkent hij dat natuurlijk, bouwde H de steiger op in onze bibliotheek. Via een trappetje op de vide kon hij met ware doodsverachting op de steiger klimmen. Ik stond met knikkende knieën en een knoop in mijn maag het trappetje vast te houden. "Ach", zei H nog, "het moeilijkste van de hele operatie is waarschijnlijk het insteken van de 48 lampjes!"
H heeft een, inmiddels antiek, installatiediploma en bij ons komt geen installateur meer binnen wegens slechte ervaringen met grote knulligheid van 'erkende installateurs'. Mijn moeder noemt installateurs altijd installeurs, want ze komen iets installeren en anders zouden ze wel iets komen installateren nietwaar? Installeurs dus volgens mijn moeder die daar, vind ik, eigenlijk wel gelijk in heeft. Zo zegt ze ook altijd dat mensen die een tikkeltje gestressed zijn "helemaal gestretched" zijn en als je erover nadenkt klopt dat ook! Mijn moederstaal is nog niet zo gek!
Én H heeft een HBO opleiding 'veilig werken'. Serieus! We kunnen er dus vanuit gaan dat hij weet wat hij doet. Toch?
In alle doe-het-zelf-programma's zeggen ze altijd dat je bij het werken aan elektrische installaties op z'n minst de stop eruit moet draaien ofzo, maar volgens H is dat niet nodig. Als het licht maar uit is staat er geen stroom meer op.
Ik werd dan ook streng geïnstrueerd: "trapje vasthouden en niet tegen lichtknopjes leunen!"
"Vind je het niet eng op die steiger?", vroeg ik.
"Welnee", zei H. "Maak je geen zorgen. Ik sta klem met mijn hoofd tegen het plafond!"
"Dus dan zit er straks een grote vetvlek naast onze prachtige kroonluchter!", zei ik praktisch, hetgeen niet in goede aarde viel.
Nu kun je vanaf de korte zijde van de vide in de hal bij de voordeur kijken en vanaf de lange zijde in de bibliotheek. Het was al avond, tikkeltje schemerig, dus H deed het licht in de hal aan om toch nog iets te kunnen zien. Dat licht zit op een andere schakelaar, moest dus geen gevaar opleveren.
Lekker praktisch ook om 's avonds een lamp op te gaan hangen, maar dat soort opmerkingen moet je op zulke momenten niet tegen H maken.
Terwijl ik bibberend het tafereel aanschouwde en H aan de snoertjes in het plafond zat te peuteren, zag ik wel steeds het licht in de hal knipperen. "Goh", zei ik dus, "het licht in de hal knippert ook steeds." "Interesseert me niet!", zei H, die ingespannen in een moeilijke houding in het schemerdonker boven op een wankele steiger met elektriciteitsdraadjes stond te prutsen en geen belang had bij lichte conversatie.
Totdat hij een draad korter moest maken en doorknipte. POEF! Alle lichten uit! Stomverbaasd en behoorlijk geschrokken stond H boven op de steiger. "Ik zei toch al dat het licht steeds knipperde!", zei ik verontwaardigd. "En ik heb écht niet aan de lichtknopjes gezeten!"
"Ja, nou moet ik eerst de groepen in de meterkast uitzetten", mopperde H en klom de wankele steiger af.
Dé lamp is een halogeenlamp, dus met een zware transformator die normaal tegen het plafond wordt geschroefd, maar in ons geval aan 4 kettinkjes moest komen te hangen, omdat het plafond in de bibliotheek zo hoog is dat de lamp te hoog zou komen te hangen als 'ie gewoon tegen het plafond werd geschroefd (volg je het nog?). In het plafond moesten dus 4 haken worden geschroefd om de kettingen aan te hangen.
Het is een gipsplafond. Dat kan niet zoveel gewicht houden, dus de haken moesten in het extra houtwerk worden gedraaid dat met vooruitziende blik twee jaar geleden bij de verbouwing in het plafond is verwerkt, zodat wij er eventueel een zware lamp aan konden hangen.
Maar ja...twee jaar geleden wist H nog wel waar dat extra hout zat. Nu niet meer natuurlijk. Op goed geluk de haken in het plafond gedraaid dan maar. De kettingen met de transformator eraan gehangen, zag er goed uit! En terwijl H weer met de draadjes aan het prutsen was viel haakje 1 alweer uit het plafond. Gelukkig maar. Stel je voor dat de lamp er aan had gehangen en het hele zooitje 5 meter lager op de vloer in de bieb was gedonderd.
De haakjes er maar weer uitgehaald. Er moesten dan toch maar speciale haken voor gipsplaten worden aangeschaft.
Dus nu hebben we 4 gaten en een vetvlek in het plafond van de bieb. En de lamp ligt vol verwachting te wachten tot hij eindelijk in volle glorie mag schitteren. Ben benieuwd.
Gelukkig is H goed verzekerd!
Nog meer koopstress (koopstress, deel 2)
Wij Nederlanders kunnen twee zondagen niksdoen achter elkaar niet aan, dus op 2de Pinksterdag zijn de meubelboulevards open om te voorkomen dat we nog een winkelloze dag moeten doorstaan. Lange files richting bouwmarkt, tuincentrum en meubelwinkel.
Nou, WIJ doen daar NIET aan mee! NEE! Wij zijn toch niet gek! We gaan toch niet in de file naar de meubelboulevard!? Ha! WIJ NIET!
Maar ja, we willen wel kussentjes op de tuinbank en -stoelen, bij de nieuwe tafel. En we hebben tijd op 2de Pinksterdag.
Dus......toch maar richting Tuinland in Assen. Helemaal tegen onze principes, maar ja, we hebben nu toch ook al een Hartmantafel, dus eigenlijk zijn we al een verloren zaak.
Verbazingwekkend genoeg is er nog plek op de parkeerplaats van Tuinland. Niet veel, maar toch. We worstelen ons tussen de karretjes en mensen door, langs de buitenplantjes, de harken en schoffels, het dierenvoer, de binnenplanten, het 'tuincafe', richting de kussens. We hebben een plan. Het moeten zwarte of grijze kussens worden. Effen. Ik vind naturel ook leuk, maar H zegt terecht dat dat niet praktisch is, dus de keus is gelukkig beperkt, want de meeste kussens vallen direct af. Van de kussens die in de goeie kleurcategorie zitten, valt de helft af vanwege verkeerde maat of er zijn nog maar drie en we hebben vijf nodig.
Uiteindelijk ziet H een man met DE zwarte kussens lopen. H in de achtervolging. De man wijst op een grote bak waar hij de kussens uit heeft gevist. Wij duiken ook in die bak. Ja hoor, zomaar vijf zwarte kussens! Goeie maat, goeie kleur, maar zonder prijs. Uiteindelijk vinden we een prijskaartje. Wat? 39,95 euri! Per stuk! Ja doei! We gaan eerst wel eens aan de overkant bij die andere tuinmeubelzaak kijken. Zo mooi zijn deze kussens nou ook weer niet!
Aan de overkant hebben ze meer kussens in de goeie kleuren (zwart of grijs, we vinden inmiddels een streepje in de goeie kleur ook een goeie optie), maar helaas hebben ze van de eerste keus nog maar twee en niet meer bij te bestellen. Die dan? We pakken een ander kussen, ook mooi. Jammer genoeg zijn daar nog maar drie van. En zo gaan we verder. We worden een tikje sip!
"Wat vind je van deze?", vraagt H na een tijdje, en houdt een naturelkleurig kussen voor mijn neus. Ja, hallo, dat was toch niet praktisch? Maar ik vind het wel een mooi kussen en er zijn nog vijf! Die zijn voor ons! Ik vind dat er dan ook nog een paar leuke kussens tegen de armleuningen van de bank moeten en we vinden zwart/naturel gestreepte die aan de eisen voldoen. Hiephoi! Als we bij de kassa staan kijkt H opzij en wijst op een grote halogeen'kroonluchter'. Díe zoeken we al jaren! Een superlamp voor de bibliotheek. Groot genoeg, luchtig genoeg. Helemaal goed! Dus.....die bestellen we ook maar gelijk. Goed idee, dat shoppen op 2de Pinksterdag!
Thuis pakken we de kussentjes uit en leggen ze op de stoelen en de bank! Mooi! We gaan even testzitten. Lekker! Hond legt een modderige poot naast me op een maagdelijk naturelkleurig kussentje. Gelukkig. De eerste vlek zit erop. Daar hoeven we ook niet meer neurotisch over te doen.
En toen ging het regenen.
Dus nu liggen de kussentjes in de kast te wachten tot het droog en warm wordt en ze weer naar buiten mogen.
Nou, WIJ doen daar NIET aan mee! NEE! Wij zijn toch niet gek! We gaan toch niet in de file naar de meubelboulevard!? Ha! WIJ NIET!
Maar ja, we willen wel kussentjes op de tuinbank en -stoelen, bij de nieuwe tafel. En we hebben tijd op 2de Pinksterdag.
Dus......toch maar richting Tuinland in Assen. Helemaal tegen onze principes, maar ja, we hebben nu toch ook al een Hartmantafel, dus eigenlijk zijn we al een verloren zaak.
Verbazingwekkend genoeg is er nog plek op de parkeerplaats van Tuinland. Niet veel, maar toch. We worstelen ons tussen de karretjes en mensen door, langs de buitenplantjes, de harken en schoffels, het dierenvoer, de binnenplanten, het 'tuincafe', richting de kussens. We hebben een plan. Het moeten zwarte of grijze kussens worden. Effen. Ik vind naturel ook leuk, maar H zegt terecht dat dat niet praktisch is, dus de keus is gelukkig beperkt, want de meeste kussens vallen direct af. Van de kussens die in de goeie kleurcategorie zitten, valt de helft af vanwege verkeerde maat of er zijn nog maar drie en we hebben vijf nodig.
Uiteindelijk ziet H een man met DE zwarte kussens lopen. H in de achtervolging. De man wijst op een grote bak waar hij de kussens uit heeft gevist. Wij duiken ook in die bak. Ja hoor, zomaar vijf zwarte kussens! Goeie maat, goeie kleur, maar zonder prijs. Uiteindelijk vinden we een prijskaartje. Wat? 39,95 euri! Per stuk! Ja doei! We gaan eerst wel eens aan de overkant bij die andere tuinmeubelzaak kijken. Zo mooi zijn deze kussens nou ook weer niet!
Aan de overkant hebben ze meer kussens in de goeie kleuren (zwart of grijs, we vinden inmiddels een streepje in de goeie kleur ook een goeie optie), maar helaas hebben ze van de eerste keus nog maar twee en niet meer bij te bestellen. Die dan? We pakken een ander kussen, ook mooi. Jammer genoeg zijn daar nog maar drie van. En zo gaan we verder. We worden een tikje sip!
"Wat vind je van deze?", vraagt H na een tijdje, en houdt een naturelkleurig kussen voor mijn neus. Ja, hallo, dat was toch niet praktisch? Maar ik vind het wel een mooi kussen en er zijn nog vijf! Die zijn voor ons! Ik vind dat er dan ook nog een paar leuke kussens tegen de armleuningen van de bank moeten en we vinden zwart/naturel gestreepte die aan de eisen voldoen. Hiephoi! Als we bij de kassa staan kijkt H opzij en wijst op een grote halogeen'kroonluchter'. Díe zoeken we al jaren! Een superlamp voor de bibliotheek. Groot genoeg, luchtig genoeg. Helemaal goed! Dus.....die bestellen we ook maar gelijk. Goed idee, dat shoppen op 2de Pinksterdag!
Thuis pakken we de kussentjes uit en leggen ze op de stoelen en de bank! Mooi! We gaan even testzitten. Lekker! Hond legt een modderige poot naast me op een maagdelijk naturelkleurig kussentje. Gelukkig. De eerste vlek zit erop. Daar hoeven we ook niet meer neurotisch over te doen.
En toen ging het regenen.
Dus nu liggen de kussentjes in de kast te wachten tot het droog en warm wordt en ze weer naar buiten mogen.
Koopstress, deel 1
's Avonds zitten we op de bank voor de buis als we opeens een enorme knal horen. Blijkt het hardstenen blad van de tuintafel ineens in drie stukken uiteen te zijn geknald. Wow! Gelukkig zaten we niet buiten.
Na de knal ontstaat het volgende probleem. Er moet een nieuwe tafel komen. Dus H en ik op pad. Met een duidelijk doel. Een nieuwe tafel! Tuinland in Assen stelt ons voor een dilemma. Want daar vinden we geen geschikte tafel voor bij de teakhouten bank en stoelen die nu een beetje eenzaam op ons terras staan te sneuen.
Maar er staat wel een heel leuk en, niet onbelangrijk, betaalbaar setje van teakhouten tafel en vier van die kunststof rieten stoelen, vrij strak, zwart, met lekker kussentje! Maar ja, wat doen we dan met de bank en de stoelen die we al hebben, maar die eerlijk gezegd niet zo lekker zitten? Probleem!
We zoeken verder. Aan de overkant is ook een tuinmeubelwinkel. Direct bij de ingang staat een mooie tafel! IJzeren onderstel, natuurstenen blad. Mooi! Maar beetje te groot eigenlijk. En weer die leuke zwarte comfortabele stoeltjes. Nee.....geen stoeltjes! Tafel! Concentreer je!
Makro! Daar hadden ze ook nog een tafeloptie in de aanbieding. Een aluminium, donkergrijs, met geperforeerd blad. Lekker simpel en de goeie maat. (Maar wel een Hartman en dat is eigenlijk tegen ons 'geloof', daar hebben we te veel kapsones voor, Hartman vinden wij te burgerlijk.)
Toch maar naar de Makro. Hmmm. Onderstel is eigenlijk niet helemaal onze smaak. Maar ook niet lelijk. Best acceptabel. We besluiten er nog een nachtje over te denken. (En ik heb echt alleen maar over tuinmeubels gedroomd!) Uiteindelijk is het besluit gevallen. Het wordt de Hartmantafel (worden we dan toch normaler?) en H is 'm nu aan het halen. En...we gaan kussentjes kopen voor de bank en stoelen.
Bij Tuinland in Assen....daar hadden ze leuke kussentjes. En bij die winkel aan de overkant trouwens ook! Hmmm. Ik voorzie dilemma's. Over kleur en kussendikte en model....... HELP!
Na de knal ontstaat het volgende probleem. Er moet een nieuwe tafel komen. Dus H en ik op pad. Met een duidelijk doel. Een nieuwe tafel! Tuinland in Assen stelt ons voor een dilemma. Want daar vinden we geen geschikte tafel voor bij de teakhouten bank en stoelen die nu een beetje eenzaam op ons terras staan te sneuen.
Maar er staat wel een heel leuk en, niet onbelangrijk, betaalbaar setje van teakhouten tafel en vier van die kunststof rieten stoelen, vrij strak, zwart, met lekker kussentje! Maar ja, wat doen we dan met de bank en de stoelen die we al hebben, maar die eerlijk gezegd niet zo lekker zitten? Probleem!
We zoeken verder. Aan de overkant is ook een tuinmeubelwinkel. Direct bij de ingang staat een mooie tafel! IJzeren onderstel, natuurstenen blad. Mooi! Maar beetje te groot eigenlijk. En weer die leuke zwarte comfortabele stoeltjes. Nee.....geen stoeltjes! Tafel! Concentreer je!
Makro! Daar hadden ze ook nog een tafeloptie in de aanbieding. Een aluminium, donkergrijs, met geperforeerd blad. Lekker simpel en de goeie maat. (Maar wel een Hartman en dat is eigenlijk tegen ons 'geloof', daar hebben we te veel kapsones voor, Hartman vinden wij te burgerlijk.)
Toch maar naar de Makro. Hmmm. Onderstel is eigenlijk niet helemaal onze smaak. Maar ook niet lelijk. Best acceptabel. We besluiten er nog een nachtje over te denken. (En ik heb echt alleen maar over tuinmeubels gedroomd!) Uiteindelijk is het besluit gevallen. Het wordt de Hartmantafel (worden we dan toch normaler?) en H is 'm nu aan het halen. En...we gaan kussentjes kopen voor de bank en stoelen.
Bij Tuinland in Assen....daar hadden ze leuke kussentjes. En bij die winkel aan de overkant trouwens ook! Hmmm. Ik voorzie dilemma's. Over kleur en kussendikte en model....... HELP!
Abonneren op:
Posts (Atom)